Overslaan en naar de inhoud gaan

Aantal fysieke locaties van speelpleinwerkingen

Februari 2023

 

Definitie

In de schoolvakanties organiseren speelpleinwerkingen speelactiviteiten op een vaste plek. Deze werkingen worden gekenmerkt door een grote openheid voor kinderen tot en met vijftien jaar, waarbij ze de algemene en integrale ontwikkeling van de deelnemers willen bevorderen.

De Vlaamse Dienst Speelpleinwerk (VDS) definieert de volgende kenmerken van een speelpleinwerking:

  1. Spelen als hoofddoel

    Op het speelplein is spelen geen middel om een extern doel te bereiken. Spelen is een doel op zich. Speelpleinwerk vindt namelijk plaats in de vrije tijd van kinderen. Ze kunnen die dan zelf en zonder agenda vormgeven. 

    Een speelpleinwerking brengt haar speelfunctie in de praktijk door dagelijks optimale speelkansen voor kinderen te bieden. Het ontwikkelt daarvoor een prikkelende omgeving met diverse speelstimulansen.

     
  2. Kinderen als doelgroep

    Speelpleinwerk is door zijn specifieke eigenheid uitermate afgestemd op kinderen tot en met vijftien jaar. Het maakt geen onderscheid in de afkomst, de religie of de achtergrond van een kind. Ook kinderen met een handicap zijn welkom.

     
  3. Jongeren zijn deel van de werking

    Speelpleinwerk is jeugdwerk. Ondanks een professionele omkadering bestaat de speelpleinbegeleiding uit jongeren. Hun taak bestaat erin om dagelijks een gevarieerd en aantrekkelijk aanbod van activiteiten voor kinderen uit te werken. Door hun enthousiasme worden ze deskundigen in het uitlokken, ondersteunen, stimuleren en waardevoller maken van kinderspel. 


     
  4. Deelnemers kiezen zelf hoe vaak ze deelnemen

    Speelpleinwerk vereist geen langdurig en vastgelegd engagement van de deelnemers. Het voorziet geen lidmaatschap en de kinderen hoeven niet elke dag aanwezig te zijn. Wie voor één dag komt, is even welkom als wie elke dag op het speelplein vertoeft.


     
  5. Vindt plaats in de schoolvakanties

    Speelpleinwerk vindt in minstens één schoolvakantie van het jaar plaats. Overnachtingen zijn uitzonderlijke events en vormen dus geen regelmatige standaardactiviteit.

De steden en de gemeenten kunnen de organisatie van een speelpleinwerking op een andere manier invullen, maar het hoofddoel blijft spelen binnen een gestructureerd aanbod. De bovenstaande vijf kenmerken zorgen er doorgaans voor dat een organisatie de term speelpleinwerking aangemeten krijgt.

Deze data bieden een inzicht in de lokale spreiding van speelpleinen. Door de aparte belichting van gemeentelijke en particuliere werkingen krijgt het lokale bestuur zicht op hoe deze twee niveaus elkaar op het eigen grondgebied kunnen versterken.

Totaal aantal speelpleinwerkingen in kaart

De kaart toont het totale aantal speelpleinwerkingen in heel Vlaanderen. Een vergelijking is mogelijk per 10.000 jongeren.

Wanneer je over de kaart hovert, verschijnt een pop-upvenster met een cijfer per 10.000 jongeren voor elke afzonderlijke gemeente. Staat je cursor te dicht op een grens, dan geeft het pop-upvenster de cijfers van beide of meerdere gemeenten weer. Zoom in voor een nauwkeuriger resultaat.

Het standaard referentiejaar werd ingesteld op 2021. U kunt dit links bovenaan het dashboard aanpassen naar een vorig jaar. 

Hover over het info-icoontje naast de titel van de kaart om de bron van de data in kwestie te raadplegen.

 

Totaal aantal speelpleinwerkingen in grafiek

De grafiek toont een staafdiagram van het totale aantal speelpleinwerkingen. Een vergelijking is mogelijk per 10.000 jongeren.

Het standaard referentiejaar werd ingesteld op 2021. U kunt dit links bovenaan het dashboard aanpassen naar een vorig jaar.

Hover over het info-icoontje naast de titel van de grafiek om de bron van de data in kwestie te raadplegen.

 

Aantal speelpleinwerkingen per type organisator 

De grafiek toont een cirkeldiagram van het absoluut aantal speelpleinwerkingen in de basisgemeente, ofwel door de gemeente ofwel door particulieren ingericht.

Het standaard referentiejaar werd ingesteld op 2021. U kunt dit links bovenaan het dashboard aanpassen naar een vorig jaar.

Hover over het info-icoontje naast de titel van de grafiek om de bron van de data in kwestie te raadplegen.

 

Bron

2017, 2021: Registratietool lokale vrijetijdsmonitor, Vlaamse Dienst Speelpleinwerk (VDS)

 

Leveringsperiode

De lokale vrijetijdsmonitor maart tot september 2022 over werkjaar 2021

VDS juni 2022 over werkjaar 2021

 

Vergelijkbaar in tijd

Referentiejaren 2017 en 2021

 

Originele vraagstelling

In de registratietool van de lokale vrijetijdsmonitor wordt het aantal locaties van speelpleinwerkingen opgevraagd die door de gemeente zelf zijn ingericht. De gemeente moet dan het totale aantal locaties ingeven waar een speelpleinwerking plaatsvindt. Heeft de gemeente één werking op twee verschillende locaties, dan vult ze het getal ‘2’ in.

Daarnaast ontvangt de lokale vrijetijdsmonitor ook data over de speelpleinwerkingen van VDS. Die data worden gegenereerd van de website van de VDS waarop speelpleinorganisatoren zelf een profiel met o.a. de gevraagde informatie dienen aan te maken.

 

Opmerkingen

88% van alle steden en gemeenten in Vlaanderen registreerde data over het werkjaar 2021 in de registratietool van de lokale vrijetijdsmonitor. Dat zijn 263 vrijetijdsdiensten – op een totaal van 300 lokale besturen – die gegevens hebben ingevoerd. 84% van die vrijetijdsdiensten vulde specifiek de vraag in over speelpleinwerk. 

Ontdek hier welke steden en gemeenten aan de eigen bevraging van de lokale vrijetijdsmonitor hebben deelgenomen, alsook het percentage geregistreerde velden van de deelnemende gemeenten.

De coronapandemie van 2020 en 2021 heeft mogelijk een invloed op de representativiteit van de data over het werkjaar 2021.

De definitie van speelpleinwerking vat de basis van speelpleinwerk samen. Werkingen die niet aan de definitie voldoen, zijn in de ogen van de VDS geen speelpleinwerking.

Toch is speelpleinwerk geen eenheidsworst: speelpleinorganisatoren bepalen zelf het beleid. Door een verschil in organisatie of visie ontstaan er heel wat speelinitiatieven. De lokale vrijetijdsmonitor tracht met de input van de steden en gemeenten dan ook de speelpleinwerkingen in beeld te brengen die breder gaan dan de basis die VDS vooropstelt.

Particulieren zijn in dit kader o.a. privépersonen, buurt- of oudercomités, mutualiteiten, bedrijven, parochies, scholen, scholengroepen of andere externe organisaties.

Een opdeling tussen het gemeentelijke en het particuliere niveau werd in het referentiejaar 2017 nog niet gemaakt.