Overslaan en naar de inhoud gaan

Regelgeving kunsten

Kunstendecreet

Het Kunstendecreet en het bijhorende uitvoeringsbesluit vormen samen het belangrijkste beleidskader voor de professionele kunsten in de Vlaamse Gemeenschap.

Deze bevatten de procedures voor de indiening, beoordeling, toekenning en toezicht van diverse subsidies

Hoe kwam het decreet tot stand

Voortraject

De minister startte in 2020 de voorbereidingen tot wijziging van het Kunstendecreet op. Bij de voorbereiding van het nieuwe decreet heeft het Departement Cultuur, Jeugd en Media samen met de minister van Cultuur een princiepsnota opgesteld die als startpunt voor het verdere overleg gebruikt werd. 

Op uitnodiging van de minister bestudeerde een groep van 13 kunstenaars, kunstwerkers en experten deze voorbereidende princiepsnota, en schreef er een uitgebreide reactie op. De groep bezorgde vervolgens deze reflectienota (en bijlage) aan de minister.

Op 18 december 2020 keurde de Vlaamse Regering het nieuwe Kunstendecreet principieel goed. Dit gebeurde na advies van onder andere de Inspectie van Financiën en de SARC.

Na advies van de Raad van State hechtte de Vlaamse Regering op 5 maart 2021 haar definitieve goedkeuring aan het ontwerpdecreet. Op 1 april nam de Commissie Cultuur van het Vlaams Parlement, na enkele amendementen, het ontwerp aan. 

Het ontwerp van decreet werd door het Vlaams Parlement aangenomen op 21 april 2021 en bekrachtigd door de Vlaamse Regering op 23 april 2021. Lees de tekst van het decreet en de bijhorende Memorie van Toelichting.

Het uitvoeringsbesluit bij het decreet werd op 16 juli 2021 goedgekeurd door de Vlaamse Regering.

Het nieuwe decreet is sinds 1 januari 2022 in voege. 

Hoofdlijnen van het nieuwe decreet

Ook met dit nieuwe Kunstendecreet wil de Vlaamse Regering de bloei van een professioneel, kwaliteitsvol, maatschappelijk en cultureel divers kunstenlandschap stimuleren. Daarnaast moet het nieuwe decreet de internationale samenwerking en uitwisseling van de kunsten bevorderen en haar maatschappelijke inbedding vergroten. En dat met oog voor duurzaamheid.

De belangrijkste basisideeën uit de Kunstendecreten van 2004 en 2013 blijven behouden: 

  • de vrije ruimte voor artistiek initiatief;
  • bottom-up aanvragen;
  • artistieke kwaliteit als belangrijkste beoordelingscriterium;
  • beoordeling door experten uit de kunstensector zelf.

Vernieuwingen met het oog op dynamiek van de kunstensector

Het nieuwe Kunstendecreet biedt enkele herstructureringen, aanpassingen en vernieuwingen, om de dynamiek van de kunstensector in de Vlaamse Gemeenschap toekomstgericht te waarborgen.

De volgende vernieuwingen worden geïntroduceerd:

  • Voor een aantal grote kunstenhuizen wordt een duurzamer subsidieperspectief gecreëerd, zoals voorzien in het Regeerakkoord van de Vlaamse Regering 2019-2024. Deze kunstenorganisaties krijgen de garantie van minimaal tien jaar werkingssubsidie.
  • Een tweeledige structuur onderscheidt de kortlopende subsidie-instrumenten van de werkingssubsidies. De budgettaire verhouding tussen beide wordt decretaal vastgelegd.
  • Een bijkomende focus op landschapszorg wordt uitgewerkt.
  • Kunstenaars krijgen specifiekere steun om hun praktijk te ontwikkelen. Zowel via heldere, op kunstenaars gerichte instrumenten als via de subsidiëring van organisaties die hen een goede werk- en presentatiecontext bieden.
  • Het instrumentarium voor internationalisering van kunstenaars en kunstenorganisaties wordt uitgebreid, met als doel de uitstraling van de Vlaamse kunstensector te vergroten.
  • De toepassing van de principes van fair practices en integriteit binnen de kunstensector wordt actief gestimuleerd.

Toekomstbestendig en duurzaam decreet

In tijden waarin de kunstensector met haar organisatiemodellen, content, distributievormen en kostenstructuren uitgedaagd wordt, is een duurzaam Kunstendecreet belangrijker dan ooit. Het nieuwe Kunstendecreet blijft een open en flexibel ondersteuningsinstrumentarium bieden, waarop vele spelers kunnen terugvallen. Alle subsidie-instrumenten zijn uitsluitend bottom-up waarbij kunstenaars en kunstenorganisaties vrij kunnen kiezen hoe ze hun artistieke initiatieven vormgeven en organiseren.

Planlastvermindering

Naast de inhoudelijke aanpassingen, voert het decreet ook enkele wijzigingen door die een betere beheersbaarheid en planlastvermindering beogen.

De planlastvermindering wordt gerealiseerd door:

  • Een meer gerichte instroom van aanvragers, door een scherpere afbakening van doelgroepen en in bepaalde gevallen de beperking van het maximaal aantal subsidietoekenningen;
  • een meer gerichte, zo licht mogelijke beoordeling, in verhouding tot het subsidiebedrag;
  • subsidiëring op basis van vertrouwen;
  • een gerichter toezicht dat, waar mogelijk, risico-gedreven en steekproefsgewijs verloopt. 

Meer info of hulp nodig?

Gebruik het contactformulier