Overgangsmaatregelen Programmatische Aanpak Stikstof
Er is een mogelijkheid tot verlenging van milieu- of omgevingsvergunningen met stikstofimpact tot 31 december 2024 (zowel ammoniak als NOx).
Verlenging van de milieu- of omgevingsvergunning tot en met 31 december 2024
De vergunningstermijn van milieu- en omgevingsvergunningen met stikstofimpact (zowel ammoniak als NOx) wordt verlengd tot en met 31 december 2024, op voorwaarde dat daarvoor een verzoek bij de bevoegde overheid ingediend wordt. Het decreet voor de verlenging van de vergunningstermijn werd gepubliceerd in het Belgische Staatsblad op 16 januari 2024(opent in nieuw venster). Het gaat om milieu- en omgevingsvergunningen die vervallen in 2024 of vervallen zijn in 2021, 2022 en 2023.
De verlenging geldt van rechtswege voor veehouders en mestverwerkers die gebruikmaakten van de eerste verlengingsregeling en waarvan de termijn al was verlengd tot 31 december 2023. Zij moeten geen verzoek tot verlenging indienen.
Ook is bepaald dat de stedenbouwkundige handeling in stand mag gehouden of de ingedeelde inrichting of activiteit verder mag geëxploiteerd worden na de einddatum in afwachting van een definitieve beslissing over de hernieuwingsaanvraag, op voorwaarde dat deze vergunningsaanvraag voor de einddatum van de vergunning wordt ingediend.
Extern salderen
Plan-MER
Het Stikstofdecreet verwijst naar de mogelijkheid tot extern salderen in het kader van de individuele passende beoordeling. Extern salderen houdt in dat een vergunningsplichtig project – de saldonemer – voor het terugdringen van zijn stikstofemissies beroep kan doen op emissies die door een ander project – de saldogever – worden stopgezet. Het Stikstofdecreet voorziet dat de Vlaamse Regering de voorwaarden voor extern salderen vaststelt via een op te maken Besluit (‘BVR extern salderen’). De Vlaamse Regering onderzoekt door middel van een plan-milieueffectrapportage (plan-MER) en de bijhorende passende beoordeling onder welke voorwaarden extern salderen mogelijk is in het kader van het Stikstofdecreet, en onderzoekt de mogelijke effecten van extern salderen op mens en milieu. Een eerste stap daarin is de publicatie van een kennisgevingsnota.
Van 5 april tot en met 3 juni 2024 liep de publieke inspraak over de kennisgevingsnota van het plan-MER BVR extern salderen. In die nota staat onder meer een beschrijving van het plan en een voorstel van de methode waarop de milieueffecten van dat plan in het uiteindelijke plan-MER beschreven en bestudeerd zullen worden. Iedereen kon opmerkingen geven of alternatieven voorstellen. Het Team Omgevingseffecten heeft, rekening houdend met de adviezen en inspraak, richtlijnen opgemaakt voor de opmaak van het plan-MER(opent in nieuw venster) (nummer PL0311).
Op basis van de opgestelde richtlijnen zal de erkende MER-coördinator en het team van medewerkers het ontwerp plan-MER opstellen. Het ontwerp van plan zal samen met het ontwerp van plan-MER in openbaar onderzoek gaan. Gelijktijdig zullen ook alle adviesinstanties opnieuw om advies gevraagd worden.
Afwegingskader en randvoorwaarden extern salderen
In afwachting van een plan-MER verscheen op 12 december 2023 een ministeriële omzendbrief over het extern salderen (directe emissieruil).
De omzendbrief bevat het afwegingskader en de randvoorwaarden voor de toepassing van extern salderen bij vergunningsaanvragen met een stikstofimpact. De omzendbrief trad in werking op hetzelfde ogenblik als het Stikstofdecreet, namelijk op 23 februari 2024.