Gedaan met laden. U bevindt zich op: Geschillenprocedure Eigen lokale belastingen

Geschillenprocedure

Als belastingschuldigen van een lokale belasting niet akkoord gaan met een aanslag, verhoging of administratieve geldboete, kunnen ze een geschillenprocedure opstarten. Een belastingschuldige kan deze procedure van openbare orde altijd inroepen, ook als ze niet in het lokaal belastingreglement is opgenomen. Een lokaal bestuur mag niet van de procedureregels afwijken.​​​​

De geschillenprocedure in 1 oogopslag

Bekijk de geschillendprocedure in 1 oogopslag door gebruik te maken van het stroomdiagram.

Een geschillenprocedure voor eigen gemeente-en provinciebelastingen verloopt volgens bepaalde stappen.

  • Stap 1

    Indienen van het bezwaarschrift

    Je kan een bezwaarschrift indienen tegen een aanslag, een belastingverhoging of een administratieve geldboete bij het college van burgemeester en schepenen voor gemeentebelastingen of bij de deputatie voor provinciebelastingen.

    Het bezwaarschrift moet voldoen aan 3 voorwaarden:

    1. het bezwaar wordt ingediend door de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger
    2. Het bezwaar wordt schriftelijk ingediend, is gemotiveerd en ondertekend, inclusief vermelding van de identiteit. Het aanslagbiljet vermeldt de mogelijkheden en voorwaarden om bezwaar in te dienen en de precieze contactgegevens.
    3. Het bezwaar wordt ingediend binnen 3 maanden, te rekenen vanaf de datum van ontvangst van het aanslabiljet, vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning. Het aanslagbiljet wordt geacht ontvangen te zijn op de derde werkdag die volgt op de datum van de verzending van het aanslagbiljet.

    Indiening van bezwaarschriften via elektronische weg

    Lokale besturen kunnen, met toepassing van het Bestuursdecreet van 7 december 2018, de mogelijkheid aanbieden om bezwaarschriften via elektronische weg in te dienen. De indiening van het bezwaarschrift via elektronische weg geldt als uitdrukkelijke instemming van de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger om berichten binnen de bezwaarprocedure via die elektronische weg uit te wisselen.

    Als het bezwaarschrift verzonden wordt via elektronische weg, geldt de datum van de elektronische verzending als datum van indiening van het bezwaar.

    De eerdere instemming van een belastingplichtige met de verzending van aanslagbiljetten via elektronische weg, heeft tot gevolg dat alle fiscale berichten nadien exclusief via die elektronische weg uitgewisseld kunnen worden. Dit geldt ook voor berichten binnen de bezwaarprocedure.

    Als het aanslagbiljet verzonden werd via elektronische weg, geldt de datum van de elektronische verzending als datum van zijn verzending. Als het bestuur en de belastingplichtige hetzelfde informatiesysteem gebruiken om berichten elektronisch uit te wisselen, wordt het aanslagbiljet geacht ontvangen te zijn op het tijdstip waarop het aanslagbiljet toegankelijk wordt voor de belastingplichtige en dus niet op de derde werkdag volgend op de verzending.

  • Stap 2

    Ontvangst van het bezwaarschrift

    Het college, de deputatie, of een door het college of de deputatie aangesteld personeelslid, stuurt binnen de 15 kalenderdagen na de indiening van het bezwaar een ontvangstmelding naar de bezwaarindiener en zijn eventuele vertegenwoordiger. Elk personeelslid dat door de bevoegde overheid wordt aangewezen, behoort inzake provinciebelastingen tot het personeel van de provincie en inzake gemeentebelastingen tot het personeel van de gemeente of het personeel van het OCMW dat met toepassing van artikel 196, §2 DLB prestaties verricht voor de gemeente. De financieel directeur of financieel beheerder kan niet worden aangewezen.

    Een bezwaarschrift wordt ontvankelijk verklaard als het tijdig is ingediend en geen vormgebreken vertoont.

    Ook als het bezwaar laattijdig zou zijn of vormgebreken vertoont, verstuurt het college of de deputatie een ontvangstmelding. Bij 1 of meer vormgebreken kan de bezwaarindiener of zijn vertegenwoordiger de kans krijgen om het bezwaar te corrigeren op basis van een modelbezwaarschrift. Dat is geen verplichting voor het lokaal bestuur, maar wel een klantvriendelijke vorm van dienstverlening.

    Als het bezwaar onmiskenbaar onterecht of onjuist is, kan het bestuur voorstellen aan de bezwaarindiener om het bezwaarschrift in te trekken en het bezwaar in deze fase per brief af te handelen.

    De financieel directeur of financieel beheerder wordt mee op de hoogte gesteld, maar speelt verder geen rol in de bezwaarprocedure.

  • Stap 3

    Behandeling van het bezwaarschrift

    Het college is de bevoegde overheid voor de behandeling van bezwaren tegen gemeentebelastingen. De deputatie is de bevoegde overheid voor de behandeling van bezwaren tegen provinciebelastingen. Zij oefenen die bevoegdheid uit in de hoedanigheid van administratieve overheid.

    Als het bezwaarschrift ontvankelijk is, volgt een inhoudelijk onderzoek. De bevoegde overheid kan:

    • aanvullende inlichtingen vragen aan de bezwaarindiener, aan interne gemeentelijke diensten en aan derden
    • vaststellingen doen ter plaatse
    • een inzage doen van boeken en bescheiden.
  • Stap 4

    Hoorzitting

    Alleen op uitdrukkelijk verzoek van de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger wordt een fysieke hoorzitting georganiseerd.

    De bevoegde overheid deelt de bezwaarindiener en zijn eventuele vertegenwoordiger minstens 15 kalenderdagen vóór de dag van de hoorzitting de datum en het uur van de hoorzitting mee evenals de dagen en uren waarop ze het dossier kunnen raadplegen.

    De bezwaarindiener of zijn vertegenwoordiger bevestigen hun aanwezigheid op het voorgestelde tijdstip ten minste 7 kalenderdagen vóór de hoorzitting.

    Op de hoorzitting hoort de bevoegde overheid de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger.

    Er wordt een proces-verbaal van de hoorzitting opgesteld dat de aanwezigen ondertekenen.

  • Stap 5

    Besluitvorming door de bevoegde overheid

    De bevoegde overheid neemt een gemotiveerde beslissing. Ze kan die bevoegdheid niet delegeren.

    Bij de behandeling van het bezwaar treedt de bevoegde overheid op als administratieve overheid en kan ze geen uitspraak doen over eventuele bezwaren die de wettigheid van het reglement betreffen. De bevoegde overheid kan het reglement niet buiten toepassing stellen op grond van artikel 159 van de Grondwet(opent in nieuw venster).

    Als de bevoegde overheid besluit tot de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar wegens laattijdigheid of vormgebrek, wordt er geen uitspraak gedaan over de grond van de zaak. De bevoegde overheid kan niet beslissen om de betwiste belasting, belastingverhoging of administratieve geldboete te verhogen.

    De beslissingstermijn voor de bevoegde overheid bedraagt 6 maanden, of 9 maanden in het geval van een ambtshalve vestiging. Dat zijn slechts termijnen van orde: redelijkerwijs moet de bevoegde overheid erin slagen om binnen die termijn een uitspraak te doen. Overschrijding ervan heeft alleen tot gevolg dat de belastingschuldige de betwisting aan de bevoegdheid van het college of de deputatie kan onttrekken door ze voor te leggen aan de rechtbank van eerste aanleg.

    De gemotiveerde beslissing van het college wordt met een aangetekende brief betekend aan de bezwaarindiener of zijn vertegenwoordiger. De aangetekende brief vermeldt de instantie waarbij de betrokkene juridisch beroep kan aantekenen tegen de beslissing van het college, met inbegrip van de in acht te nemen termijnen en vormen. Als de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger ingestemd heeft met de elektronische uitwisseling van fiscale berichten (binnen de bezwaarprocedure), is aan de voormelde vereiste van het aangetekend schrijven voldaan als bewijs geleverd kan worden van het tijdstip van de elektronische verzending.

    De financieel directeur of financieel beheerder wordt op de hoogte gebracht van de uitspraak van de bevoegde overheid naar aanleiding van het bezwaar. Hij is immers belast met de invordering van de belasting of de terugbetaling van onverschuldigde betalingen en zorgt voor een passende boekhoudkundige verwerking.

  • Stap 6

    Juridische beroepsmogelijkheden

    Belastingschuldigen of hun vertegenwoordigers kunnen enkel een juridisch beroep instellen als ze de administratieve bezwaarprocedure hebben doorlopen.

    Ze kunnen binnen 3 maanden na de kennisgeving van de beslissing van het college of de deputatie beroep aantekenen tegen die beslissing. De beslissing van het college of de deputatie is onherroepelijk als het gerechtelijke beroep niet tijdig ingesteld wordt.

    Als het college of de deputatie geen beslissing heeft genomen binnen de beslissingstermijn, kan de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger een juridisch beroep instellen.

    De bevoegde rechtbank is de rechtbank van eerste aanleg van het rechtsgebied waarin de belasting is gevestigd. Die doet uitspraak als rechtsprekende instantie en kan dus ook uitspraak doen over de eventuele strijdigheid van het belastingreglement met het recht en/of het algemeen belang.

    De bevoegde rechtbank al naargelang van het rechtsgebied is de:

    • Nederlandstalige rechtbank van eerste aanleg, hoofdzetel en burgerlijke sectie in Brussel, Quatre-Brasstraat 13 (2de verdieping), 1000 Brussel
    • rechtbank van eerste aanleg in Leuven, Ferdinand Smoldersplein 5, 3000 Leuven
    • rechtbank van eerste aanleg in Antwerpen, Bolivarplaats 20 bus 1, 2000 Antwerpen
    • rechtbank van eerste aanleg in Hasselt, Parklaan 25 bus 2, 3500 Hasselt
    • rechtbank van eerste aanleg in Gent, Opgeëistenlaan 401A, 9000 Gent
    • rechtbank van eerste aanleg in Brugge, Kazernevest 3, 8000 Brugge.

    Het beroep wordt ingesteld via een verzoekschrift op tegenspraak. Dat verzoekschrift vermeldt op straffe van nietigheid:

    • de dag, de maand en het jaar
    • de identiteit van de verzoeker
    • het voorwerp en de korte samenvatting van de middelen van de vordering
    • de rechter voor wie de vordering aanhangig wordt gemaakt
    • de handtekening van de verzoeker of van zijn advocaat.

    Een verzoekschrift is slechts geldig als elk exemplaar van het verzoekschrift een afschrift van de bestreden beslissing van het college of de deputatie bevatten. Als het college of de deputatie nog geen beslissing heeft genomen, moet een afschrift van het bezwaarschrift en van de ontvangstmelding van het bezwaarschrift worden bijgevoegd. Het verzoekschrift inclusief bijlagen wordt in zoveel exemplaren als er betrokken partijen zijn bij aangetekende brief gezonden aan de griffier van het bevoegde gerecht of ter griffie neergelegd.

    Tegen het vonnis van de rechtbank van eerste aanleg kan in het geval van een vonnis bij verstek verzet worden aangetekend en kan steeds beroep worden ingesteld bij het hof van beroep. Tegen het arrest van het hof van beroep kan een voorziening in cassatie worden ingesteld bij het Hof van Cassatie.