Project: CASCO - Carbon Sink Construction
Het project CASCO is een grensoverschrijdende samenwerking van 12 partners uit Vlaanderen en Nederland, gefinancierd door Interreg Vlaanderen-Nederland. Het wil de toepassing van lokale natuurlijke bouwmaterialen met een zeer lage embodied carbon – de CO2-uitstoot die wordt veroorzaakt door alle stappen in de levenscyclus van een gebouw – opschalen en zo de enorme ecologische voetafdruk van de Europese bouwindustrie helpen verlichten. Bouwen met lokale en natuurlijke materialen moet voor bouwprofessionals de meest voor de hand liggende keuze worden. Om dit doel te bereiken, willen ze zowel de vraag naar biologische bouwmaterialen als het aanbod ervan vergroten.
Ingediend door Pixii bij de focusgroep ‘Klimaatbestendige gebouwen’.
Het project omvat een brede waaier aan activiteiten. Dankzij ketenontwikkeling en co-creatie worden lokale grondstoffen uit landbouw, bos- en groenbeheer omgezet in duurzame en natuurlijke bouwproducten. Tegelijkertijd wordt onderzoek gedaan naar de technische eigenschappen en de praktische toepassing van de nieuwe materialen in de bouwsector. Daarbij meten de projectpartners de milieu-impact van de nieuwe producten. Dankzij communicatie en kennisdeling willen ze de drempel verlagen en de materialen toegankelijker maken voor een breed publiek. Bovendien ondersteunen ze bouwprofessionals met aangepaste en nieuwe opleidingsprogramma’s.
Klimaatadaptieve acties
Focus op klimaatmitigatie
CASCO zet in de eerste plaats in op klimaatmitigatie in de bouwsector. Dit gebeurt door de toepassing op te schalen van natuurlijke grondstoffen die atmosferische koolstof opnemen tijdens de groei en als een kwalitatief bouwmateriaal deze CO2 langdurig “vastzetten” in een gebouw. De focus in dit project ligt op lokale bouwmaterialen afkomstig uit nevenstromen van teelten of natuurbeheer (vlas, hennep, miscanthus, sorghum,...) waarvoor momenteel weinig of geen nuttige toepassingen bestaan.
Link met klimaatadaptatie
De evaluatie van de bouwfysische prestaties van de gebouwen die met deze materialen worden gerealiseerd, kan inzicht bieden in het potentieel van deze materialen en bouwwijzen om bij te dragen aan een veilig en gezond binnenklimaat.
Te overwinnen drempels
De Vlaamse en Nederlandse markt voor lokale en natuurlijke bouwmaterialen is onderontwikkeld omwille van volgende redenen:
Er is nog steeds weinig kennis over de toepassing van natuurlijke grondstoffen als bouwmateriaal, de prestaties en bouwfysische eigenschappen van deze materialen en hun correcte toepassing in een gebouw. Dit zorgt voor onzekerheid bij professionelen, die hun toevlucht blijven nemen tot ‘traditionele’ bouwmaterialen en -systemen met een hoge ingebedde CO2-uitstoot.
Er is geen stabiele balans in vraag en aanbod waardoor de markt kleinschalig en ad-hoc werkt en vaak te weinig georganiseerd is. Bouwers worden onvoldoende geëngageerd door een gebrek aan professionaliteit en omkadering in de keten. Het ontwerp- en bouwtraject is minder kant- en klaar. De kostprijs van lokaal materiaal ligt bovendien hoog omwille van het gebrek aan volume, standaardisatie en efficiënte concepten.
De huidige regelgeving biedt geen incentives voor het gebruik van lokale en natuurlijke bouwmaterialen, omdat de focus voornamelijk ligt op de operationele CO2-uitstoot van een gebouw ongeacht de gebruikte materialen (de energie-efficiëntie). Deze focus schuift wel stilaan op (Vlaanderen Circulair, beleidsagenda normeren Nederland).
In de rekentools die men vandaag gebruikt voor de levenscyclusanalyses van gebouwen (in Vlaanderen TOTEM, in Nederland MPG) zijn onvoldoende of geen accurate data opgenomen van natuurlijke materialen, waardoor het zeer moeilijk is om voor deze materialen een correcte milieuscore te berekenen. Bovendien is het onduidelijk op welke manier het lokale karakter van materialen deze score zou beïnvloeden.
De huidige regelgeving rond de materiaalprestaties en de druk op de standaardisatie van bouwmaterialen is opgebouwd rond dure certificering en attestering. Kleine grondstoffenleveranciers die hun product willen verwerken tot bouwmateriaal vinden onvoldoende hun weg in deze regelgeving, waardoor hun product een nicheproduct blijft.
Projectinfo
- Indiener: Pixii, bij de focusgroep ‘Klimaatbestendige gebouwen’
- Partners: VIBE vzw, Woonder, LabLand, UGent, Stichting Avans, Inagro, Murmuur architecten, KiemKracht, Fraai architecten, Pitterz, Seedscope Insight
- Locatie: Vlaanderen en Nederland
- Uitvoeringsperiode: mei 2024 – mei 2027
Interesse in gelijkaardige projecten?
Zie de focusgroep ‘Klimaatbestendige gebouwen’ en de werkgroep ‘Vorming & opleiding’