Vlaamse leerlingen bij de beste ter wereld in digitale geletterdheid en computationeel denken
Vlaamse leerlingen uit het tweede middelbaar zijn cracks in digitale geletterdheid en computationeel denken. Dat blijkt uit de resultaten van de International Computer and Information Literacy Study (ICILS). Vlaanderen nam er voor de eerste keer aan deel. Voor computationeel denken moeten we maar 3 landen laten voorgaan die het significant beter doen, voor digitale geletterdheid maar 2.
Wat onderzoekt ICILS?
ICILS bestaat sinds 2013 en meet elke 5 jaar hoe goed leerlingen in de internationale grade 8 – in Vlaanderen het 2de middelbaar – digitaal presteren. In 2023 deden 34 landen uit Europa, Azië, Noord- en Zuid-Amerika mee. In Vlaanderen namen 3365 leerlingen uit 136 scholen deel. De studie neemt hun digitale vaardigheden onder de loep, en splitst die op in computer- en informatiegeletterdheid en computationeel denken. Hun digitale prestaties worden vergeleken op basis van hun achtergrond, thuisomgeving, leraren, school en het onderwijsbeleid in hun land.
Computer- en informatiegeletterdheid bestaat uit 4 delen:
- inzicht in computergebruik
- informatie verzamelen
- informatie produceren
- digitaal communiceren.
Computationeel denken is het vermogen om fysieke en virtuele problemen te begrijpen en op te lossen met methoden en technieken uit de computerwereld.
Er zijn 4 vaardigheidsniveaus. Ze beschrijven wat leerlingen kunnen:
- Niveau 1: score 407 tot 491
Basisvaardigheden zoals een link openen, een afbeelding invoegen, zien wie een mail stuurt, … - Niveau 2: score 492 tot 576
Basiskennis zoals weten wat een sterk wachtwoord is, informatie vinden op een website, een webeditor gebruiken, … - Niveau 3: score 577 tot 661
Autonoom digitaal zijn: weten hoe betrouwbaar informatie is, posters maken, de navigatie op een website kunnen gebruiken, … - Niveau 4: score 662 en hoger
Bewuste en betrouwbare gebruikers: de betrouwbaarheid van informatie kunnen evalueren, lay-out- en opmaakfuncties kunnen gebruiken, elektronische bronnen kunnen gebruiken, …
Onthoud: de prestaties worden internationaal vergeleken. Je kunt ze niet rechtstreeks koppelen aan de Vlaamse minimumdoelen.
Vlaamse resultaten
Top 3 in digitale geletterdheid
Vlaamse leerlingen halen voor computer- en informatiegeletterdheid een gemiddelde score van 511 (niveau 2). Dat is beduidend hoger dan het ICILS-gemiddelde van 476 (niveau 1). Alleen Zuid-Koreaanse en Tsjechische leerlingen scoren gemiddeld hoger dan de Vlaamse. Europese landen zoals Frankrijk, Spanje, Italië en Nederland scoren heel wat lager. De Vlaamse resultaten in detail:
- 1% van de Vlaamse leerlingen bereikt niveau 4.
- 22% van de Vlaamse leerlingen haalt niveau 3. Het internationale gemiddelde ligt daar op 15%. In vergelijking met andere landen bereiken in Vlaanderen dus veel meer leerlingen dat hoge niveau.
- 12% haalt het laagste niveau 1 niet, maar dat percentage ligt ver onder het internationale gemiddelde van 24%.
- De scores van de Vlaamse leerlingen liggen minder ver uit elkaar dan die van de leerlingen uit de andere landen.
Top 4 in computationeel denken
Voor computationeel denken halen Vlaamse leerlingen een gemiddelde score van 509 (niveau 2). Maar 3 landen scoren beduidend beter: Taiwan, Zuid-Korea en Tsjechië. Het ICILS-gemiddelde ligt hier op 483 (niveau 1). De Vlaamse resultaten in detail:
- 7% van de Vlaamse leerlingen bereikt het hoogste niveau 4. Dat ligt net boven het internationale gemiddelde van 6%.
- 38% haalt niveau 3. Het internationale gemiddelde ligt (maar) op 29%.
- 6% haalt niveau 1.
- 7% haalt het laagste niveau 1 niet.
Achtergrond van leerlingen bepaalt hun score
De eerste analyses van het team onderzoekers van het Centrum voor Onderwijseffectiviteit en -evaluatie van KU Leuven en de Vakgroep Onderwijskunde van UGent maken duidelijk: de achtergrond van leerlingen speelt een grote rol. Hun individuele scores hangen samen met verschillende achtergrondkenmerken zoals geslacht, schoolse voortgang en de OKI-indicatoren: opleidingsniveau van de moeder, thuistaal en schooltoelage.
- Meisjes zijn beter in computer- en informatiegeletterdheid, jongens in computationeel denken.
- Schoolse vertraging en een hoge score op onderwijsarmoede veroorzaken lagere prestaties.
- Leerlingen die thuis Nederlands spreken, hebben veel betere digitale vaardigheden dan leerlingen die thuis een andere taal spreken.
- De basisopties die de leerlingen volgen, bepalen mee de scores. Leerlingen uit de basisopties klassieke talen en STEM-wetenschappen scoren hoger dan leerlingen uit andere basisopties.
Wat leren we?
ICILS bevestigt Vlaamse onderzoeken
Dankzij ICILS weten we niet alleen hoe digitaal vaardig leerlingen uit het 2de middelbaar zijn. We begrijpen ook beter de link met hun achtergrondkenmerken en thuisomgeving, de klaspraktijk van leraren en het beleid van scholen rond ICT en de ontwikkeling van digitale vaardigheden. Die resultaten komen overeen met de conclusies uit het MICTIVO-onderzoek en de rapporten van de onderwijsinspectie.
ICILS bevestigt: Digisprong levert op
Via Digisprong investeerde Vlaanderen de afgelopen jaren sterk in de ICT-infrastructuur van scholen. Dat liet scholen toe om hun technologische faciliteiten flink uit te breiden. De resultaten uit alle onderzoeken bevestigen dat. Leraren en leerlingen krijgen van hun scholen computers en toegang tot verschillende digitale netwerken. Ook hier staat Vlaanderen nu internationaal aan de top. Het belang van een goede digitale uitrusting is daarmee duidelijk: hoe beter de digitale schoolinfrastructuur, hoe beter de leerlingen presteren.
ICILS bevestigt: leerlingen uit scholen met ICT-beleid scoren hoger
Dat geldt ook voor het ICT-beleid van scholen. Leerlingen uit scholen met een duidelijke visie op het gebruik van ICT scoren beduidend beter op computationeel denken. ICILS zet daarmee het belang van een doordacht ICT-beleid en teamgerichte ICT-coördinatie nog eens extra in de verf.
Aandacht blijven hebben voor ICT-ervaring en -gebruik van leraren
Een ICT-beleid op school vertaalt zich ook in het didactische gebruik van ICT door leraren. De meeste leraren in Vlaanderen hebben meer dan 5 jaar ervaring in het gebruik van ICT voor onderwijsdoeleinden, vooral om hun lessen voor te bereiden. Ook die ervaring ligt aanzienlijk hoger dan het ICILS-gemiddelde. Meer dan de helft van de Vlaamse scholen neemt dan ook initiatieven om leraren te helpen om ICT te gebruiken, vaak met individuele begeleiding.
Analyses tonen ook: als leraren ICT in de klas gebruiken, doen ze dat vooral om klassikaal te verbeteren en te presenteren. Hun voorkeur gaat daarbij uit naar generieke IT-tools, minder naar specifieke tools. Dat maakt duidelijk dat nieuwe digitale leermiddelen leren gebruiken en de ICT-competenties professionaliseren aandachtspunten blijven.
Belang van de thuisomgeving
Vlaamse leerlingen gebruiken in de klas én thuis voor school ook meer ICT dan leerlingen in andere landen. De resultaten van ICILS benadrukken hoe belangrijk het is om thuis een goede ICT-infrastructuur, en dan vooral een goede internetverbinding, te hebben. Ook van belang: ICT veilig en verantwoord gebruiken zonder dat het voor afleiding zorgt. Het laatste woord over verantwoord ICT- en mediagebruik is nog zeker niet gezegd.