Veelgestelde vragen: impact op landbouw
Wat is de compensatie voor landbouwers?
Elia beperkt de impact op landbouwgronden steeds zo veel mogelijk. Maar schade is nooit volledig te vermijden. Om dit correct te vergoeden, werden de aanpak en bedragen voor vergoedingen in een protocolovereenkomst vastgelegd met de landbouworganisaties. Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan een update van deze overeenkomst. Zie ook bij compensaties.
Wat is de impact van een hoogspanningslijn op agrarische constructies?
Er werd in het kader van het GRUP een studie opgemaakt door het ILVO (Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek). Het ILVO onderzocht welke impact van hoogspanningsinfrastructuur op de agrarische bedrijfsvoering reeds gekend is, en dit op basis van een systematische literatuurstudie en diepte-interviews met enkele landbouwers. Deze studie werd als bijlage aan de scopingnota toegevoegd.
Uit deze studie blijkt onder meer dat nabij een hoogspanningslijn in agrarische constructies er voldoende aandacht moet worden besteed aan het aarden van de constructie en van stalonderdelen, zoals hekkens en drinkbakken, wil men bij vee stress door zwerfstroom vermijden.
Versnelde corrosie van ondergrondse metalen constructies en leidingen die over grote afstand parallel aan een hoogspanningslijn lopen, is een gekend fenomeen. Of ook bovengrondse metalen constructies versneld corroderen in het elektromagnetisch veld van de hoogspanningslijn werd niet in de literatuur teruggevonden. Wanneer serres of stallen, waarin metalen structuren zich in een vochtig milieu kunnen bevinden, over lange afstand (meerdere honderden meter) parallel aan de hoogspanningslijn lopen, valt AC-corrosie echter niet uit te sluiten.
Over versnelde metaalmoeheid in constructies nabij een hoogspanningslijn kon niets worden teruggevonden. Er lijkt op dit moment geen aanwijzing te zijn voor het voorkomen van versnelde metaalmoeheid onder hoogspanningslijnen.
De metalen hoogspanningsmasten zelf hebben geen last van versnelde AC-corrosie of metaalmoeheid.
Is er een mogelijke impact op landbouwdieren of huis-/hobbydieren? Wat is de impact van hoogspanningsinfrastructuur op dierlijke productie?
Er werd in het kader van het GRUP een studie opgemaakt door het ILVO (Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek). Het ILVO onderzocht welke impact van hoogspanningsinfrastructuur op de agrarische bedrijfsvoering reeds gekend is, en dit op basis van een systematische literatuurstudie en diepte-interviews met enkele landbouwers. Deze studie werd als bijlage aan de scopingnota toegevoegd.
Uit deze studie blijkt dat er geen éénduidige conclusies te maken zijn, wat betreft het effect van elektromagnetische velden op
ongewervelde organismen die van belang kunnen zijn voor de gewassen (vb. bijen);
grote herkauwers;
pluimvee;
kleine herkauwers;
varkens.
Uit deze studie kan over de impact van hoogspanningsinfrastructuur op dierlijke productie besloten worden dat de wetenschappelijke literatuur eerder beperkt is en niet eenduidig in de conclusies.
Het voorkomen van zwerfstromen in de omgeving van hoogspanningslijnen verdient extra aandacht, want deze kunnen een effect hebben op het welzijn en de productiviteit van de dieren. Dit komt echter niet voor wanneer de elektrische installaties conform zijn (aan het AREI), waarbij een correcte aarding aanwezig is.
Wat is de impact van hoogspanningsinfrastructuur op plantaardige productie?
Er werd in het kader van het GRUP een studie opgemaakt door het ILVO (Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek). Het ILVO onderzocht welke impact van hoogspanningsinfrastructuur op de agrarische bedrijfsvoering reeds gekend is, en dit op basis van een systematische literatuurstudie en diepte-interviews met enkele landbouwers. Deze studie werd als bijlage aan de scopingnota toegevoegd.
Uit deze studie blijkt onder meer dat de gewasproductiviteit en de bodem een breed spectrum aan gevolgen kunnen ondervinden door de aanleg en aanwezigheid van hoogspanningslijnen.
Zowel bij bovengrondse hoogspanningslijnen als ondergrondse hoogspanningskabels gaat een gedeelte van het teeltoppervlak permanent verloren aan de mastvoet of de inspectieput.
Daarnaast vormen de mast en inspectieput ook een (mogelijk) obstakel voor allerhande landbouwkundige toepassingen. Zo ontstaan er bijv. rondom de mast extra kopakkers, met het daaruit voortvloeiend structuurbederf. De veldroutes worden minder efficiënt en mogelijk worden bepaalde smalle stroken zelf ontoegankelijk voor de teelt. Hier kan Elia bij bovengrondse lijnen, waar mogelijk, aan tegemoetkomen door de masten aan de rand van een veld te plaatsen.
Bij bovengrondse hoogspanningslijnen zijn er veiligheidsrisico’s. Zo moet bij het laden en transporteren van stro gelet worden op de minimale doorrijhoogte. Ook bij beregening zal rekening moeten gehouden worden met de hoogspanningslijn om veiligheidsrisico’s te vermijden.
Ondergrondse hoogspanningskabels warmen de bodem, voornamelijk de ondergrond, op. Volgens de bestaande literatuur heeft deze warmte-emissie echter geen significante impact op de plantaardige productie en het bodem(leven). Studies uitgevoerd in de Verenigde Staten, Oostenrijk en Duitsland met voor de Vlaamse context relevante landbouwgewassen, zoals maïs, wintertarwe, luzerne, gerst, aardappelen en rapen, toonden over het algemeen geen effect (noch positief, noch negatief) van het elektromagnetisch veld op de gewasproductie en –kwaliteit.
Regenwormen lijken geen negatieve effecten te ondervinden van ondergrondse verbindingen. Over de impact op microbieel leven in de bodem is er weinig literatuur beschikbaar en de bestaande studies geven tegenstrijdige resultaten, gaande van geen effect tot het versterken van de proliferatie. Ook de kennis over de impact van elektromagnetische velden op ongewervelde dieren is eerder beperkt en niet eenduidig. Negatieve gevolgen voor het leervermogen, geheugen en agressief gedrag van bijen zijn mogelijk, maar met de bestaande wetenschappelijke literatuur is het niet mogelijk om sluitende conclusies te trekken voor veldsterktes die realistisch zijn voor Ventilus. Wat wel vaststaat is dat de uit het teeltoppervlak genomen zones, zoals de mastvoet en de zones gebruikt voor landschappelijke integratie, mits doordacht beheer, als bron van nuttige organismen kunnen dienen.
Zowel de aanleg als aanwezigheid van hoogspanningslijnen kunnen een significante negatieve invloed uitoefenen op de aanwezigheid van onkruiden, plantenziekten en plagen. De werfzone kan een hogere ziekte- en onkruiddruk ondervinden als gevolg van de bodemverdichting, gecreëerd tijdens aanleg. Daarnaast kunnen de uit het teeltoppervlak verwijderde zones een bron vormen voor onkruiden, plantenziekten en plagen, als deze niet zorgvuldig beheerd worden.
In de weinige studies die er aandacht aan schonken, werd geen rechtstreekse invloed vastgesteld van de hoogspanningslijnen op het voorkomen van plantenziekten en –plagen.
Gewassen kunnen schade ondervinden van vallende waterdruppels of ijs, al lijkt dit zelden voor te komen. Over beide effecten bestaat er zeer weinig literatuur. Bij ijsval kan ook schade aan serres veroorzaakt worden.
Het risico op besmetting met botulisme vanuit kadavers wordt als laag beschouwd, maar er bestaat weinig wetenschappelijke literatuur over. Verwacht wordt dat hier voornamelijk moet op gelet worden bij uitbraken van botulisme onder watervogels in de buurt van natuurgebieden met veel staand water. Het risico voor voedselveiligheid wordt nog extra verlaagd doordat het meest voorkomende type botulisme in Vlaanderen, type C, geen gerapporteerde link heeft met menselijke ziekte. Zinkvervuiling rondom de pylonen van hoogspanningslijnen wordt veelvuldig waargenomen bij oudere masten omdat ze een 8-tal jaren onbeschilderd bleven. De nieuwere masten worden onmiddellijk bij de bouw beschilderd zodat het zink niet meer kan afspoelen. De vastgestelde vervuiling bij de oudere masten resulteerde echter niet tot significante negatieve effecten voor het gewas, bodemleven en voedselveiligheid.
Specifiek voor ondergrondse verbindingen geldt wel dat er boven de kabels geen diepwortelende vegetatie toegelaten wordt, waardoor de aanleg van bijvoorbeeld een boomgaard bovenop de kabels niet meer mogelijk zal zijn.
Is er mogelijke impact op landbouwapparatuur?
Er werd in het kader van het GRUP een studie opgemaakt door het ILVO (Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek). Het ILVO onderzocht welke impact van hoogspanningsinfrastructuur op de agrarische bedrijfsvoering reeds gekend is, en dit op basis van een systematische literatuurstudie en diepte-interviews met enkele landbouwers. Deze studie werd als bijlage aan de scopingnota toegevoegd.
In de studie wordt beschreven dat de fysieke aanwezigheid van de hoogspanningslijn voornamelijk een belemmering kan vorment voor nauwkeurige plaatsbepaling en voor het inzetten van drones.
In de studie wordt signaalverstoring zelden als een probleem beschreven. De beschreven effecten op sensoren en bij draadloze communicatie zijn gerelateerd aan de veel hogere frequenties dan de frequenties van Ventilus. De kans dat bij deze lagere frequenties signaalstoring zou optreden, wordt zeer klein geacht. Een uitzonderdering is de EMI-sensor die door zijn grote gevoeligheid voor magnetische velden door het magnetisch veld van de hoogspanningslijn kan worden beïnvloed. Ook GNSS(-correctie)signalen zouden mogelijks bij het voorkomen van gap- of corona-ontlading kunnen worden verstoord, maar dit is nog onvoldoende onderzocht.
De impact van geïnduceerde spanningen op de werking van elektronica is erg onzeker, aangezien deze van veel factoren afhankelijk is. De enige uitspraak die hierover kan worden gedaan is dat, wanneer de generieke normen gehanteerd worden, elektronica in principe tegen een magnetische veldsterkte van minstens 30A/m bestand is. Hoewel de sterkte van het veld erg fluctueert en afhangt van de architectuur van de lijn, kan worden aangenomen dat de magnetische veldsterkte op 1,5m boven het maaiveld en op meer dan 15m naast de fasedraden in de lucht, praktisch nooit de drempel van 30A/m zal overschrijden. Gebruik van elektronica die aan de normen voldoet, zou dan ook geen problemen mogen opleveren.
Uit de diepte-interviews met enkele landbouwers die op vandaag reeds onder/nabij een hoogspanningsverbinding gelegen zijn, blijkt dat de respondenten tot nu toe weinig gebruik maken van deze technologieën en dus op vandaag weinig impact ondervinden. Precisielandbouw is echter in opmars in Vlaanderen, waardoor hoogspanningsinfrastructuur in de toekomst een impact kan hebben op het inzetten van drones en EMI-sensoren en mogelijk ook op de nauwkeurigheid van plaatsbepaling, die voor veel precisielandbouwtoepassingen noodzakelijk is.