Tussen Zeebrugge en Brugge komen er drie ondergrondse verbindingen. Twee ondergrondse verbindingen komen van het Prinses Elisabeth Eiland. Enerzijds om de energie van de Belgische windmolenparken te verbinden met het hoogspanningsnetwerk, anderzijds om het Belgische hoogspanningsnetwerk te verbinden met het Britse en (in de toekomst) andere internationale netwerken. De kabels komen aan land in Zeebrugge. De derde kabel komt van het Stevin-station in Zeebrugge.
Twee kabels worden aangesloten op ‘De Spie’, waar een nieuw hoogspanningsstation zal gebouwd worden. Een derde kabel gaat naar het nieuw converstiestation naast de centrale Herdersbrug.
De ondergrondse kabels liggen voor het grootste deel van het tracé naast elkaar, de totale sleuf wordt hierdoor ongeveer 25 meter breed. De sleuf loopt zo veel mogelijk naast wegen, een bestaande Fluxys-leiding en aan de rand van landbouwpercelen. Op verschillende plaatsen is een gestuurde boring voorzien om te vermijden dat bomen, bossen of belangrijke transportassen aangetast worden bij de aanleg.

Tussen Brugge Blauwe Toren en Brugge Waggelwater wordt de bestaande bovengrondse 150kV-lijn ondergronds gebracht en komt op de plaats van de bestaande lijn een bovengrondse 380kV-lijn. Er komen nieuwe masten die qua vorm en hoogte gelijkaardig zijn aan de huidige. Gezien de masten toch vervangen moeten worden, kan men het tracé beperkt optimaliseren. Zo zal de nieuwe 380 kV-lijn ter hoogte van de Blauwe Toren dichter langs de N31 (expressweg) komen dan de huidige 150 kV-lijn.

In Oostkamp komt er een opstijgpunt in de omgeving van Baliebrugge en de Torhoutsestraat. Een dergelijk opstijgpunt neemt 1,5 tot 2 hectare in beslag. Het bestaat vooral uit installaties in open lucht met een groenbuffer eromheen.
Vanuit dit opstijgpunt gaat de 380kV-lijn bovengronds verder over ongeveer 17 kilometer. Deze nieuwe hoogspanningslijn wordt gebundeld met de E403. De masten van de 380kV-lijn zijn gemiddeld 50 tot 60 meter hoog. De 2 masttypes die tijdens het onderzoek onderzocht werden, zijn masttypes met zo beperkt mogelijke stralingsvelden. Tussen de Roeselarestraat/N357 en de N36 passeert de lijn bij de Ambachtenstraat meerdere woningen en bedrijven voor ze ondergronds gaat voorbij de N36. Een ondergronds tracé is hier onmogelijk; onderzoek toonde dat noch een boring noch aanleg in een sleuf hier haalbaar zijn. Het tracé werd na de plenaire vergadering wel aangepast: vanaf de passage tussen de windmolens aan het kanaal leunt het nu zo dicht mogelijk aan tegen de E403. Hierdoor komen minder woningen binnen de 0,4T-contour te liggen en is er minder visuele impact voor de woningen langsheen de Oekensestraat.
Het GRUP verplicht een goede landschappelijke inpassing.

Vanaf de snelwegparking aan de E403 in Izegem komt het tracé bovengronds via Lendelede tot aan het bestaande hoogspanningsstation in Izegem. Het tracé is hier niet gebundeld met andere infrastructuur, het verloopt ‘cross country’. Het loopt door een open landbouwgebied met verspreide bebouwing. Het tracé is zo gekozen dat er zo weinig mogelijk woningen rechtstreeks onder de hoogspanningslijn liggen. Verder is er ook op gelet dat het een vloeiend tracé is, zodat er geen zware eindmasten nodig zijn door scherpe hoeken. Dat is belangrijk vanuit landschappelijk en visueel oogpunt. Het GRUP verplicht een goede landschappelijke inpassing.

Het bestaande hoogspanningsstation in Izegem moet worden uitgebreid in zuidelijke richting (op het grondgebied van Lendelede). De geplande uitbreiding heeft een oppervlakte van 6 hectare. Van dit hoogspanningsstation tot in Avelgem zal de maximale transportcapaciteit van de bestaande 380kV-lijn verhoogd worden van 3GW naar 6GW. De masten kunnen hierbij behouden worden; enkel de geleiders (AMS) worden vervangen door hoogperformantiegeleiders (HTLS), die nauwelijks dikker zijn dan de huidige geleiders (zie figuur).