Gedaan met laden. U bevindt zich op: PXL - Duurzaamheid als focus in studentenonderzoek Praktijkgalerij

PXL - Duurzaamheid als focus in studentenonderzoek

Aan de lerarenopleiding secundair onderwijs van Hogeschool PXL in Hasselt worden drie belangrijke basisvaardigheden voor toekomstige leraren geïntegreerd geoefend: taalvaardigheden, ICT-skills en onderzoekscompetenties. Dit gebeurt op basis van een multidisciplinair groepswerk rond de SDG’s.

Basisinfo

  • Instelling en opleiding: Hogeschool PXL – lerarenopleiding secundair onderwijs
  • Opleidingsonderdeel: Digi-taal in onderzoek
  • Lectoren: Anne-Catherine Quetin en collega’s
  • Focus: onderzoek, SDG’s, taalvaardigheden, projectmatig werken, ICT

Situering

In het tweede jaar komen in het opleidingsonderdeel ‘Digi-taal in onderzoek’ drie competenties samen die belangrijk zijn voor toekomstige leraren: taal, ict en onderzoek. Het vak past binnen de leerlijn onderzoekend handelen en bereidt studenten voor op hun bachelorproef. Studenten werken in groep een project uit rond een maatschappelijk relevant thema. Ze volgen daarbij de onderzoekscyclus. Taal- en ICT-vaardigheden worden op een functionele manier geïntegreerd in het project. De link met duurzaamheid wordt gelegd via een educatief spel over de SDG’s en systematische reflectie hierover.

Leerlijn onderzoekend handelen

De lectoren zijn trots op hun zeer duidelijke leerlijn onderzoekend handelen. Studenten worden vanaf het eerste jaar stapsgewijs voorbereid op de uitwerking van hun bachelorproef als sluitstuk van hun opleiding. Dit draagt sterk bij aan hun strategische competentie. Kritisch denken, bronnenanalyse, omgaan met uiteenlopende standpunten, structureren van informatie enzovoort zijn belangrijk voor zowel het maken van een bachelorproef als voor het nadenken over complexe maatschappelijke thema’s.

Taal- en ICT-vaardigheden worden functioneel ingezet. Studenten leren enerzijds academische taal gebruiken voor hun verslag, en anderzijds hun taal aanpassen aan de doelgroep in de materialen die ze voor hun leerlingen ontwikkelen. Ze leren refereren en een correcte bibliografie opstellen. Verder gebruiken ze doelgericht onderzoeksgerelateerde ICT-tools om de resultaten van hun onderzoek helder voor te stellen. Als eindproduct ontwerpt ieder groepje een onderwijsactiviteit, die afgestemd is op leerlingen van de eerste of tweede graad secundair onderwijs.

De opleiding streeft ernaar om lectoren die dit opleidingsonderdeel begeleiden ook in te schakelen als promotor van bachelorproeven. Zo hebben ze een goed zicht op het vervolg van de leerlijn waarop dit vak voorbereidt.

Duurzaamheid en de SDG’s

Om te zorgen dat studenten onderzoekend handelen niet alleen associëren met hun bachelorproef, maar beseffen dat het een essentiële competentie is voor alle aspecten van hun job, wordt het in deze opdracht expliciet gekoppeld aan de analyse van maatschappelijke thema’s. Ze doen dit onder andere door ze te koppelen aan de sustainable development goals. Die leren de studenten kennen tijdens een van de eerste lessen via een educatief bordspel(opent in nieuw venster). De SDG’s zijn een voldoende breed kader, dat relevant is voor alle onderwijsvakken. Ze helpen studenten ook te beseffen dat duurzaamheid meer is dan enkel ecologie, een misvatting die nog bij veel studenten bestaat.

Multidisciplinair werken

Door te werken in vakoverschrijdende groepen, leren studenten zoeken naar overeenkomsten tussen hun vakken. Dit verlaagt de drempel om in hun latere beroepspraktijk ook multidisciplinair samen te werken. De eerste keer dat het vak onder deze vorm werd gegeven in PXL, hadden de lectoren de studenten in volledig heterogene groepen ingedeeld. Dit maakte de keuze van een duurzaamheidsuitdaging erg moeilijk, doordat de interesses en talenten van studenten zo verschillend waren. Intussen werken ze met groepen waarin studenten minstens één onderwijsvak delen. Deze gemeenschappelijke basis geeft hen de nodige houvast om met een open blik te zoeken naar de overeenkomsten tussen hun andere onderwijsvakken.

Verder mogen de groepen niet groter zijn dan 6 studenten om te zorgen dat iedereen zijn rol opneemt en zijn aandeel verricht. Er is een duidelijke verdeling van taken en rollen: de voorzitter, verslaggever, tijdsbewaker, bronnenonderzoeker, bemiddelaar en actief groepslid.

Evaluatie

Studenten beoordelen elkaar qua attitude via een peerassessment. Daarvoor kiezen ze 5 attitudes uit de SAM-schaal die ze belangrijk vinden bij het groepswerk. Ze evalueren elkaar een eerste keer formatief tussentijds, waarna ze hierover in gesprek gaan. Aan het einde van het project is er een summatieve peerevaluatie. Het tussentijdse gesprek is heel belangrijk voor studenten om te kunnen groeien. Bovendien oefenen ze het feedback geven aan elkaar.

De begeleidende lectoren evalueren vier attitudes bij de studenten: kritische ingesteldheid, verantwoordelijkheidszin, zin voor samenwerking en flexibiliteit. Daarnaast worden uiteraard ook hun onderzoekscompetenties geëvalueerd.

Koppeling met de duurzaamheidscompetenties

Door de geïntegreerde manier waarop er in groep op verschillende basisvaardigheden van een leraar wordt ingezet, draagt het vak Digi-taal in onderzoek bij aan heel wat duurzaamheidscompetenties.