Gedaan met laden. U bevindt zich op: psychisch / psychologisch Taaladviezen

psychisch / psychologisch

Psychisch en psychologisch zijn verwant qua betekenis, maar het zijn geen synoniemen.

Psychisch betekent ‘geestelijk' en is tegengesteld aan lichamelijk. Psychologisch is een afleiding van psychologie, het vakgebied dat zich richt op de kennis en bestudering van de geest, van belevingen en gedragingen. In veel combinaties kunnen psychisch en psychologisch allebei gebruikt worden zonder noemenswaardig betekenisverschil.

  • Na het overlijden van zijn vrouw kampte hij met psychische / psychologische problemen.
  • Praten over psychische / psychologische kwetsbaarheid is nog altijd een taboe in Vlaanderen.
  • Voldoende beweging en een goede dagstructuur kunnen psychische / psychologische klachten verminderen.
  • In dat centrum krijg je psychische / psychologische begeleiding.

In een aantal combinaties is psychisch de gebruikelijke vorm.

  • Meer dan één op de tien personen lijdt aan een psychische stoornis, zoals angst of depressie.
  • De studie peilt naar het psychische welzijn van zorgverleners.
  • Er is sprake van een psychische aandoening als de klachten je dagelijks functioneren langdurig belemmeren.
  • Die terrorist is psychisch gestoord.

In sommige vaste combinaties is psychologisch de gebruikelijke vorm.

  • De tennisster start met een psychologisch voordeel omdat ze de vorige wedstrijd overtuigend gewonnen heeft. (= een voordeel dat alleen in haar hoofd zit)
  • Mijn moeder leest graag psychologische thrillers. (= boeken waarin de karakterontwikkeling van de personages centraal staat)
  • Bij de politie maakt een psychologisch onderzoek deel uit van de selectieprocedure. (= onderzoek dat peilt naar gedragingen)
  • De presentator speelde tijdens het interview psychologische spelletjes met zijn gasten. (= manieren om het antwoord onrechtstreeks te beïnvloeden)