Vervoeging:
- ik meet, jij meet, wij meten
- ik mat, wij maten
- ik heb gemeten
- de gemeten afstand
De verleden tijd van meten is mat. Meette* wordt soms wel gebruikt, zowel in België als in Nederland, maar het is geen standaardtaal.
Vervoeging:
De verleden tijd van meten is mat. Meette* wordt soms wel gebruikt, zowel in België als in Nederland, maar het is geen standaardtaal.