Beslissen en besluiten zijn synoniemen, maar kunnen niet altijd door elkaar gebruikt worden. Bij beslissen ligt de nadruk op het doorhakken van een knoop, zodat aan bestaande onzekerheid een einde gemaakt wordt. Bij besluiten ligt het accent op na rijp beraad komen tot een keuze tussen alternatieven.
- Ik beslis daar morgen over.
- We hebben nog niet beslist wat we gaan doen.
- Uiteindelijk zal de jury moeten beslissen.
- De examencommissie zal morgen beslissen wie geslaagd is en wie niet.
- De directieraad heeft beslist / besloten dat er geen nieuwe aanwervingen komen.
- De minister heeft beslist / besloten dat van alle projectvoorstellen alleen het laatste goedgekeurd wordt.
Besluiten kan in de standaardtaal in het hele taalgebied worden gecombineerd met te + infinitief. In de standaardtaal in Belgiƫ kan ook beslissen met te + infinitief gecombineerd worden.
- De partij heeft besloten / beslist te wachten tot er meer duidelijkheid is.
- De rechter heeft besloten / beslist hem niet verder te vervolgen.
- Ik heb gisteren besloten / beslist om een weekje vakantie te nemen.