als zij / als hen / als hun
In de meeste gevallen is het aan te bevelen om na een stellende trap van vergelijking (zoals even blij, (net) zo belangrijk) + als de vorm zij te gebruiken, omdat de zin een onderwerpsvorm vereist. U kunt die vorm vinden door de zin aan te vullen met een werkwoordsvorm. Bijvoorbeeld: Wij zijn even blij als zij (blij zijn), en niet Wij zijn even blij als hen/hun* (blij zijn). Hetzelfde geldt voor hetzelfde of dezelfde + als.
- Wij zijn even blij als zij.
- Stijn is net zo belangrijk als zij.
- Jullie verdienen drie keer zoveel als zij.
- Hij wil hetzelfde als zij.
In sommige gevallen is niet alleen zij, maar ook hen of hun mogelijk na een stellende trap of na hetzelfde/dezelfde, maar dan is er een betekenisverschil. Als het voornaamwoord de functie van onderwerp vervult, is zij de correcte vorm. Als het om een lijdend voorwerp gaat, is hen correct. Als het om een meewerkend voorwerp gaat, is hun (of aan hen) correct. Die verschillende mogelijkheden zijn er bijvoorbeeld bij werkwoorden die een oordeel of waardering uitdrukken (zoals vinden, appreciëren, achten), bij waarnemingswerkwoorden (zoals horen, zien) en in zinnen met een meewerkend voorwerp.
- Wij appreciëren jou even hard als zij. (= even hard als zij jou appreciëren)
- We appreciëren jou even hard als hen. (= even hard als we hen appreciëren)
- Ik zie jou even vaak als zij. (= even vaak als zij jou zien)
- Ik zie jou even vaak als hen. (= even vaak als ik hen zie)
- Hij gaf jou hetzelfde cadeau als zij. (= hetzelfde als zij aan jou gaven)
- Hij gaf jou hetzelfde cadeau als hun. (= hetzelfde als hij hun gaf of aan hen gaf)
Ook na als in de betekenis van zoals is het aan te bevelen om zij te gebruiken, omdat de zin een onderwerpsvorm vereist. U kunt die vorm vinden door in constructies van het type doen als de zin aan te vullen met een werkwoordsvorm. In constructies van het type mensen als kunt u de vergelijking parafraseren met het koppelwerkwoord zijn. Constructies als Hij wil geen acteurs als hen komen in de praktijk geregeld voor, maar zijn niet algemeen aanvaard.
- Doe toch niet als zij! (= zoals zij doen)
- Hij wil geen acteurs als zij. (= acteurs zoals zij er zijn)
- Hij zou het aan ouderen als zij moeten tonen. (= ouderen zoals zij zijn)
- Ze zijn niet op zoek naar introverte mensen als zij. (= introverte mensen zoals zij zijn)