Gedaan met laden. U bevindt zich op: Woorden afbreken - 2. Lijst met lettercombinaties Woorden afbreken

Woorden afbreken - 2. Lijst met lettercombinaties

Hieronder vindt u een lijst met lettercombinaties die bij het afbreken aanleiding kunnen geven tot twijfel. Het gaat voornamelijk om lettercombinaties in woorden en woorddelen van vreemde oorsprong, onder andere uit het Grieks, Latijn, Frans en Engels. Specifieke woorden kunt u het best opzoeken in de Woordenlijst(opent in nieuw venster): die geeft alle afbreekplaatsen weer.

Bij woorden en woorddelen van Franse en Engelse oorsprong moet u rekening houden met het volgende onderscheid. Bij woorden van Franse oorsprong kan in woorden of woorddelen die normaal als één lettergreep worden uitgesproken, toch afgebroken worden als de afgebroken delen uitspreekbaar blijven, bijvoorbeeld in ca•che-pot en che•que. Bij woorden van Engelse oorsprong kan in eenlettergrepig uitgesproken woorden of woorddelen niet afgebroken worden, bijvoorbeeld in bridge (niet brid•ge) en cheeseburger (niet chee•seburger).

Als u een woord afbreekt, zet u aan het einde van de regel een afbreekstreepje (-) op de plaats waar het woord afgebroken wordt. In de voorbeelden hieronder wordt met een bolletje aangegeven waar voor de genoemde lettercombinatie het afbreekstreepje komt. De voorbeelden hieronder geven dus niet alle afbreekplaatsen van een woord aan.

letters

toelichting

voorbeelden

-aard
-aardig
-achtig

Er wordt onmiddellijk vóór de achtervoegsels -aard, -aardig en -achtig afgebroken. Er gaat geen medeklinker naar de tweede regel.

  • eigen•aardig, leugen•achtig, wreed•aard

  • uitzonderingen: do•laard, grijn•zaard, Span•jaard, vein•zaard

cch

Uitgesproken als /k/. Er wordt tussen c en ch afgebroken.

mac•chiato, pinoc•chio

ch

Uitgesproken als /ch/ zoals in lach, /tsj/ zoals in tsjilp of /sj/ zoals in sjaal. Als ch tussen klinkers staat, wordt altijd vóór ch afgebroken, ongeacht de uitspraak of de spelling van de voorgaande klinker.

crè•che, goo•chelen, ka•chel, ma•cho

ci

In leenwoorden, uitgesproken als /s+j/ zoals in donsjas of /sj/ zoals in sjaal. Wordt bij afbreking toch beschouwd als een combinatie van een medeklinker en een klinker. Er kan daardoor na de i afgebroken worden.

afici•onado, anci•enniteit, soci•aal

coa-

Het woord coalitie is ongeleed. Er kan daardoor zowel na de o als na de a afgebroken worden.

coa•litie of co•alitie

cua
cue
cui
cuo
cuu

Als deze combinaties met /kj/ of /kw/ uitgesproken worden, vormen ze één lettergreep. Als ze met /kuu/ uitgesproken worden, behoort de klinker die op cu volgt, tot een andere lettergreep.

  • één lettergreep: barbecue•en, Ecua•dor

  • twee lettergrepen: evacu•atie, evacu•eren, promiscu•iteit, vacu•um

des-

In leenwoorden met het element des- wordt er afgebroken na des-. Bij een ongeleed woord gaat de s van des- naar de volgende regel als de e als een lange klinker wordt uitgesproken.

  • des•activeren, des•assimilatie, des•avoueren, des•interesse

  • ongeleed woord: de•sastreus

di

In leenwoorden, uitgesproken als /dj/. Wordt bij afbreking toch beschouwd als een combinatie van een medeklinker en een klinker. Er kan daardoor na de i afgebroken worden.

adi•eu

dia-

In de meeste woorden wordt het Griekse element dia- niet als een woorddeel beschouwd. Er kan daardoor ook na de i afgebroken worden. Als dia- een apart woorddeel is, kan er alleen na dia- afgebroken worden.

  • dia•betes of di•abetes, diag•nose of di•agnose, di•alectisch of dia•lectisch, dia•mant of di•amant, diar•ree of di•arree

  • geleed woord: dia•avond, dia•theek

dj

In leenwoorden, uitgesproken als /dj/ of /dzj/. De medeklinkercombinatie dj wordt beschouwd als een combinatie die in het Nederlands niet aan het begin van een woord kan staan. Er wordt in principe tussen d en j afgebroken.

  • Cambod•ja, maharad•ja, rad•ja

  • uitzonderingen: ba•djing, ban•djir, ha•dji, mes•djid

dys-

In woorden met het element dys- wordt er afgebroken na dys-.

dys•artrie, dys•calculie, dys•enterie, dys•lecticus, dys•orthografie

-elijk
-eren
-erig
-erij
-erik

Na een tweeklank kan de e van -elijk, -eren, -erig, -erij en -erik bij de lettergreep van de tweeklank blijven maar ook naar de volgende regel gaan.

draaie•rig of draai•erig, eie•ren of ei•eren, luie•rik of lui•erik, vleie•rij of vlei•erij, vrije•lijk of vrij•elijk

gea
geo

In leenwoorden, uitgesproken met /zj/ of /dzj/. Binnen de combinaties gea en geo wordt niet afgebroken.

fla•geolet of flageo•let, oran•geade of orangea•de, ser•geant, Georges (niet Ge•orges)

gi

In Franse leenwoorden, uitgesproken als /zj/. Wordt bij afbreking toch beschouwd als een combinatie van een medeklinker en een klinker. Er kan daardoor na de i afgebroken worden.

stagi•air

gn

In Franse leenwoorden, uitgesproken als /nj/ zoals in plunje. De medeklinkercombinatie gn wordt beschouwd als een combinatie die in het Nederlands niet aan het begin van een woord kan staan. Er wordt tussen g en n afgebroken.

beig•net, campag•ne, champag•ne, sig•naal

gua
gue
gui

In leenwoorden, uitgesproken met /g/ zoals in goed, /γ/ zoals in garçon, /gw/ of /γw/. Binnen de combinaties gua, gue en gui wordt niet afgebroken.

  • body•guard, gua•camole, Gua•temala, Guer•nica, guer•rilla, gui•dance, gui•de (Frans), gui•don, guil•lotine, guir•lande, sangui•nicus, sangui•nisch, vo•gueing

  • uitzonderingen: Bij lingu•ist, pingu•in en ermee gevormde samenstellingen en afleidingen (lingu•istisch, sociolingu•istiek) kan er afgebroken worden tussen u en i. In de volgende woorden kan zowel voor als na de a afgebroken worden: gua•no of gu•ano, gua•ve of gu•ave, legua•nen of legu•anen.

-ien
-ier
-ienne
-ière

In Franse leenwoorden wordt binnen de achtervoegsels -ien en -ier niet afgebroken. Binnen de achtervoegsels -ienne en -ière kan wel afgebroken worden.

  • -ien, -ier: an•cien, ate•lier, bou•vier, col•lier, opti•cien, pre•mier

  • -ienne, -ière: cabareti•ère of cabaretiè•re, lesbi•enne of lesbien•ne, premi•ère of premiè•re

ll

Als de medeklinkercombinatie ll in leenwoorden als /j/ of /lj/ wordt uitgesproken, kan er ook tussen de twee l'en afgebroken worden.

bouil•lon, espadril•le, gueril•la, pael•la

ñ

In Spaanse leenwoorden wordt vóór de ñ afgebroken.

se•ñor, se•ñora

nc

Uitgesproken als /ng+k/ zoals in klank. Er wordt tussen n en c afgebroken als er een klinker volgt.

  • gevolgd door een klinker: bran•card, con•cours, on•coloog

  • gevolgd door een medeklinker: acupunc•tuur, func•tie

ng

Uitgesproken als /ng/ zoals in ring of als /ng+g/ zoals in Congo. Er wordt tussen n en g afgebroken als er een klinker volgt.

  • gevolgd door een klinker: Con•go, din•getjes, konin•gin, man•gaan, zan•ger

  • gevolgd door een medeklinker: kong•si

nj

Er wordt tussen n en j afgebroken.

an•jer, fran•je, Span•jaard

nk

Uitgesproken als /ng+k/ zoals in bank. Er wordt tussen n en k afgebroken als er een klinker volgt. Hetzelfde geldt voor nk in verkleinwoorden bij woorden op -ing.

  • gevolgd door een klinker: ban•kier, drin•ken

  • in een verkleinwoord bij een woord op -ing: kettin•kje

  • gevolgd door een medeklinker: Pink•steren

oy

In leenwoorden, uitgesproken als /wa/. Bij die uitspraak wordt binnen deze combinatie niet afgebroken.

flamboy•ant, foy•er, roy•aal (naast ro•yaal, met uitspraak /roojaal/), tutoy•eren

pan-

In woorden met het Griekse element pan- wordt er afgebroken na pan-. In een ongeleed woord gaat de n van pan- naar de volgende regel als er een klinker volgt.

  • pan•hellenisme, pan•orthodox, pan•theïsme

  • ongeleed woord: pa•norama

pro-

In ongelede woorden en ongelede woorddelen met het element pro- wordt er afgebroken na pro-. Als de o als een korte klinker wordt uitgesproken, wordt er afgebroken na de erop volgende medeklinker.

  • met lange klinker /oo/: pro•clameren, pro•ducent, pro•gramma

  • met korte klinker /o/: prog•nose, pros•pectie, pros•titutie

qua
que
qui
quo

Uitgesproken met /k/ of /kw/. Binnen de combinaties qua, que, qui en quo wordt niet afgebroken.

cho•quant, fre•quent, quo•tiënt, te•quila of tequi•la

-scoop
-scopie
-scopisch

In woorden met de eindelementen -scoop, -scopie, -scopisch wordt altijd vóór sc afgebroken, ongeacht de uitspraak van de voorgaande klinker.

bio•scoop, broncho•scopie, micro•scopisch

scri

In woorden met de eindelementen -scriberen, -script en -scriptie wordt onmiddellijk vóór dat element afgebroken. Bij manuscript, prescriberen, prescriptie en descriptie wordt er tussen de s en de c afgebroken, ongeacht de uitspraak van de voorgaande klinker.

  • in•scriberen, in•scriptie, sub•scriberen, sub•script

  • uitzonderingen: manus•cript, pres•criberen, pres•criptie, des•criptie

  • bijzondere gevallen: trans•criberen, trans•cript en trans•criptie (de s van scriberen, script en scriptie is weggevallen)

sh

Als sh tussen klinkers staat, wordt altijd vóór sh afgebroken, ongeacht de uitspraak van de voorgaande klinker.

ba•shing, cra•shen, fini•shen, pu•shen

si

In leenwoorden, uitgesproken als /s+j/ zoals in donsjas, /sj/ zoals in sjaal of /zj/ zoals in fusion. Wordt bij afbreking toch beschouwd als een combinatie van een medeklinker en een klinker. Er kan daardoor na de i afgebroken worden.

fusi•on, monsi•eur, pensi•on

sj

In leenwoorden, uitgesproken als /sj/. Er wordt bij afbreking altijd vóór sj afgebroken, ongeacht de spelling van de voorgaande klinker. Er wordt niet afgebroken vóór de laatste lettergreep in verkleinwoorden van woorden die eindigen op sj.

  • an•sjovis, arti•sjok, bol•sjewist, derwi•sjen, koo•sjer, pa•sja

  • derwisje (niet derwis•je)

sp

In ongelede woorden en ongelede woorddelen wordt tussen s en p afgebroken.

gos•pel

spl

In ongelede woorden en ongelede woorddelen wordt tussen s en pl afgebroken.

dis•play, es•planade

spr

In ongelede woorden en ongelede woorddelen wordt tussen s en pr afgebroken.

es•presso, es•prit

st

In ongelede woorden en ongelede woorddelen wordt tussen s en t afgebroken, ongeacht de uitspraak van de voorgaande klinker. Bij gelede woorden worden de gewone regels gevolgd.

  • ongeleed woord of woorddeel: cys•te, kloos•ter, kos•tuum, mees•ter, oes•ter, sys•teem

  • geleed woord: dor•stig, mors•te, vrij•ster

str

In ongelede woorden en ongelede woorddelen wordt tussen s en tr afgebroken, ongeacht de uitspraak van de voorgaande klinker.

apos•trof, balus•trade, catas•trofe, claus•trofobie, dis•trict, illus•treren, indus•trie, orkes•treren

ti

Uitgesproken als /(t)s+j/ of /(t)sj/ in Engelse en Franse leenwoorden. Wordt bij afbreking toch beschouwd als een combinatie van een medeklinker en een klinker. Er kan daardoor na de i afgebroken worden.

concurrenti•eel, initi•atief, pati•ent, politi•oneel, scienceficti•on, stati•on

trans-

In woorden met trans- als beginelement wordt afgebroken na trans-.

  • trans•actie, trans•criberen, trans•cript, trans•criptie

  • uitzondering: tran•sit

ts

De medeklinkercombinatie ts wordt beschouwd als een combinatie die in het Nederlands niet aan het begin van een woord kan staan. Er wordt in principe tussen t en s afgebroken.

  • art•sen, boet•seren, nert•sen

  • uitzonderingen: tsee•tseevlieg, tsie•tsiet

tsj

De medeklinkercombinatie tsj wordt beschouwd als een combinatie die in het Nederlands niet aan het begin van een woord kan staan. Er wordt tussen t en sj afgebroken, behalve als er nog een andere medeklinker vóór tsj staat. Er wordt niet afgebroken vóór de laatste lettergreep in verkleinwoorden van woorden die eindigen op tsj.

  • tussen twee klinkers: dat•sja, hat•sjie, roet•sjen, tsarevit•sjen

  • tussen een medeklinker en een klinker: Man•tsjoerije, Sel•tsjoeks

  • tsarevitsje (niet tsarevits•je)

tz

De medeklinkercombinatie tz wordt beschouwd als een combinatie die in het Nederlands niet aan het begin van een woord kan staan. Er wordt in principe tussen t en z afgebroken.

  • het•ze, pret•zel, schnit•zel

  • uitzondering: tza•tziki

uy

In leenwoorden, uitgesproken als /wi/ of /i/. Binnen deze combinatie wordt niet afgebroken.

Frans-Guy•anees, gruy•ère

w

In de combinaties auw, ouw, eeuw, ieuw en uw maakt de w deel uit van de tweeklank, maar bij afbreking wordt die als een aparte medeklinker beschouwd. Daardoor kan de w naar de volgende regel gaan.

kauw - kau•wen, rouw - rou•wig, leeuw - leeu•wen, kieuw - kieu•wen, ruw - ru•wer

x

De x kan aan het begin en het einde van een lettergreep staan. Vóór en na een x tussen klinkers wordt niet afgebroken.

  • ex•cuus, ex•periment, fox•trot, gefax•te, mar•xist

  • tussen twee klinkers: alexan•drijn (dus niet ale•xandrijn of alex•andrijn), saxo•foon (dus niet sa•xofoon of sax•ofoon), taxi (niet ta•xi)

y

In leenwoorden, uitgesproken als /j/. Als de medeklinker y tussen klinkers staat, wordt er vóór de y afgebroken.

ca•yennepeper, co•yote, ma•yonaise, ro•yaal (naast roy•aal, met uitspraak /rwajaal/)

zz

In leenwoorden, uitgesproken als /ts/ of /dz/. Er wordt tussen de twee z'en afgebroken.

intermez•zo, piz•za