Gedaan met laden. U bevindt zich op: Vlaamse gemeenten bleven ook in 2023 volop investeren Nieuwsberichten

Vlaamse gemeenten bleven ook in 2023 volop investeren

Nieuwsbericht
7 maart 2024

Vlaamse gemeenten bleven ook in 2023 volop investeren. Dat blijkt uit de meest recente kwartaalrapporten van de lokale besturen. Die kwartaalrapportering is een Europese verplichting: na afloop van elk kwartaal moeten de lokale besturen digitaal aan het Agentschap Binnenlands Bestuur (ABB) rapporteren. ABB analyseerde de rapporten van 2023 en zet de belangrijkste cijfers en evoluties op een rij. De jaarrekeningen met de definitieve cijfers zijn pas in juni 2024 beschikbaar.

De investeringen blijven op peil

De gemeenten investeerden in 2023 voor 2,77 miljard euro. Dat is al 212 miljoen euro of 8,3% meer dan het bedrag volgens de jaarrekeningen 2022. Als we vergelijken met de kwartaalrapportering over 2022 bedraagt de toename 347,7 miljoen euro (+ 14,35%).

Investeringsuitgaven2020202120222023
Kwartaalrapport (Q4)2.117.250.9792.229.205.3702.423.356.8492.771.043.455
Jaarrekening2.409.111.1382.405.072.6572.558.908.834-
Verschil (%)13,78%7,89%5,59%-
Verschil (absoluut)291.860.159175.867.287135.551.985-

De investeringen in materiële vaste activa lopen op tot 2,27 miljard euro. Die investeringen overtreffen het bedrag uit de kwartaalrapporten over 2022 met 265 miljoen euro (+ 13,2%). De toename ten opzichte van het cijfer in de jaarrekening 2022 bedraagt al 161 miljoen euro (+ 7,65%).

Die cijfers bevestigen de klassieke gemeentelijke investeringscyclus, waarbij de besturen meer investeren wanneer de gemeenteraadsverkiezingen in zicht zijn. Ongetwijfeld speelt ook de stijging van de materiaalprijzen wegens de inflatie een rol.

Materiële vaste activa2020202120222023
Kwartaalrapport (Q4)1.694.236.6361.799.871.5952.003.874.5312.268.848.526
Jaarrekening1.887.871.0411.956.816.0512.107.687.572-
Verschil (%)11,43%8,72%5,18%-
Verschil (absoluut)193.634.405156.944.456103.813.040-

De groei van de exploitatieontvangsten versnelt

De exploitatieontvangsten lopen op tot 15,8 miljard euro: dat is respectievelijk 1,8 miljard euro (+ 13%) en 934 miljoen euro (+ 6,28%) beter dan in de kwartaalrapporten en de jaarrekeningen van 2022. De belangrijkste drijvers voor die sterke toename van de ontvangsten zijn de grotere inkomsten uit de aanvullende personenbelasting (APB) en de opcentiemen op de onroerende voorheffing (OOV).

APB2020202120222023
Kwartaalrapport (Q4)1.921.036.3391.714.103.7131.910.395.8872.571.606.083
Jaarrekening2.162.101.4602.103.132.1222.233.857.736-
Verschil (%)12,55%22,70%16,93%-
Verschil (absoluut)241.065.120389.028.409323.461.849-
OOV2020202120222023
Kwartaalrapport (Q4)2.418.916.1642.450.921.1872.543.350.9352.874.656.337
Jaarrekening2.478.856.0922.479.221.1482.594.876.776-
Verschil (%)2,48%1,15%2,03%-
Verschil (absoluut)59.939.92928.299.96151.525.841-

De uitzonderlijke toename van de ontvangsten uit APB en OOV is het gevolg van de indexering van de lonen en de kadastrale inkomens, die met vertraging doorwerkt op de gemeentelijke belastingontvangsten. De gemeentelijke inkomsten uit APB kregen ook een belangrijke extra injectie door een hervorming van de federale boekhoudwetgeving, waardoor de federale overheid in 2023 eenmalig 14 in plaats van 12 maanden APB heeft doorgestort.

De tweede drijver voor de toename van de exploitatieontvangsten zijn de werkingssubsidies: die sluiten voorlopig af op 6,74 miljoen euro, of 550 miljoen euro (+ 8,89%) meer dan in de kwartaalrapportering van 2022. Bijna twee derde van dat bedrag (4,28 miljard euro) zijn algemene werkingssubsidies. Het saldo van 2,46 miljoen euro zijn specifieke subsidies.

Werkingssubsidies2020202120222023
Kwartaalrapport (Q4)5.515.957.0645.875.747.8086.189.685.9716.739.870.420
Jaarrekening5.883.617.5256.134.957.9346.524.750.226-
Verschil (%)6,67%4,41%5,41%-
Verschil (absoluut)367.660.461259.210.126335.064.255-

Een beperkte toename van de exploitatie-uitgaven

De exploitatie-uitgaven groeien in 2023 met 856 miljoen euro (+ 6,54%) en 472 miljoen euro (+ 3,50%) in vergelijking met de kwartaalrapporten en de jaarrekeningen 2022. Ze klokken voorlopig af op 14 miljard euro.

Exploitatie-uitgaven2020202120222023
Kwartaalrapport (Q4)11.374.387.61111.975.443.47013.091.557.12313.947.283.940
Jaarrekening11.760.085.22012.327.193.80513.475.539.357-
Verschil (%)3,39%2,94%2,93%-
Verschil (absoluut)385.697.609351.750.335383.982.234-

De personeelskosten overschrijden voor de eerste keer de grens van 7 miljard euro. In vergelijking met de kwartaalrapportering over 2022 nemen ze toe met 466 miljoen euro (+ 7%). Dat bedrag bevat ook de personeelskosten voor het gemeentelijk onderwijzend personeel dat de Vlaamse overheid subsidieert (778,8 miljoen euro).

Personeelsuitgaven2020202120222023
Kwartaalrapport (Q4)5.909.187.9516.159.131.7646.631.916.7057.098.024.205
Jaarrekening6.118.943.9356.323.116.9536.827.452.230-
Verschil (%)3,55%2,66%2,95%-
Verschil (absoluut)209.755.984163.985.189195.535.525-

De uitgaven voor aankopen van goederen en diensten bedragen 2,79 miljard euro. Ze blijven daarmee ongeveer op hetzelfde niveau als vorig jaar. Achter dat globale cijfer zit een sterke daling van de energiekosten (- 172,2 miljoen euro) en een evenredige toename van de uitgaven voor de andere goederen en diensten (+ 166,2 miljoen euro). Door de daling van de energieprijzen en een optimalisering van het energieverbruik zakken de kosten voor energie terug naar 270,9 miljoen euro (- 38,8%). Daarmee vallen ze voorlopig 20 miljoen euro hoger uit dan in de jaarrekeningen 2021.

Goederen en diensten2020202120222023
Kwartaalrapport (Q4)2.050.771.3452.370.230.0792.792.208.9672.786.277.060
Jaarrekening2.121.302.3012.459.292.6072.885.445.995-
Verschil (%)3,44%3,76%3,34%-
Verschil (absoluut)70.530.95689.062.52793.237.028-

Verder geven de gemeenten 2,9 miljard euro uit aan werkingssubsidies voor derden (+ 7,41% of 196,8 miljoen euro in vergelijking met de kwartaalrapportering 2022). Naar leeflonen en andere individuele hulpverlening door het OCMW ging 907,9 miljoen euro (+ 18,65% of 142,7 miljoen euro).

Doordat de exploitatieontvangsten veel sterker stegen dan de exploitatie-uitgaven neemt het saldo van de exploitatie toe van 894,8 miljoen euro tot 1,86 miljard euro.

Exploitatiesaldo2020202120222023
Kwartaalrapport (Q4)1.502.382.7781.216.832.472894.795.4641.856.326.979
Jaarrekening1.953.873.9171.752.635.6741.393.953.464-
Verschil (%)30,05%44,03%55,78%-
Verschil (absoluut)451.491.139535.803.202499.158.000-

Geen aangroei van de financiële schulden

De gemeenten losten 828,3 miljoen euro kapitaal af van de financiële schulden uit leningen en leasings. Dat is 82,3 miljoen euro extra in vergelijking met de kwartaalrapportering 2022. Langs de andere kant gingen ze in 2023 merkelijk minder nieuwe leningen en leasings aan dan in 2022. Ten opzichte van de jaarrekeningen 2022 daalt het bedrag aan nieuw opgenomen financiering met 248,3 miljoen euro of 23%. In vergelijking met de kwartaalrapportering 2022 daalt het opgenomen bedrag met 119,3 miljoen euro (-12,58%).

De autofinancieringsmarge

De voorlopige autofinancieringsmarge voor 2023 bedraagt 1,21 miljard euro: 928 miljoen euro beter dan in de kwartaalrapportering van 2022 en 474 miljoen euro beter dan de definitieve AFM volgens de jaarrekeningen 2022. Bovendien blijkt de AFM in de jaarrekeningen altijd veel beter uit te vallen dan die volgens de kwartaalrapporteringen.

Autofinancieringsmarge2020202120222023
Kwartaalrapport (Q4)890.272.202601.474.100289.378.9221.217.657.991
Jaarrekening1.293.956.4701.095.876.361743.158.306-
Verschil (%)45,34%82,20%156,81%-
Verschil (absoluut)403.684.269494.402.262453.779.385-