Opcentiemen en aanvullende lokale belastingen
Gemeenten kunnen bepaalde aanvullende belastingen heffen. De aanvullende belasting op de personenbelasting (APB) en de opcentiemen op de onroerende voorheffing (OOV) zijn de bekendste en leveren de meeste ontvangsten op, namelijk 4/5de van de fiscale opbrengsten van de gemeenten.
Aanvullende belasting op de personenbelasting
Gemeenten kunnen een aanvullende belasting vestigen op de basispersonenbelasting. Dat is een jaarlijkse belasting die de federale overheid heft op het inkomen van particulieren.
De gemeente berekent de aanvullende belasting door de bepaling van de aanslagvoet in de vorm van een percentage toe te passen op de basispersonenbelasting.
De inning gebeurt door de federale overheid en wordt afgedragen aan de gemeente.
Opcentiemen op de onroerende voorheffing
De onroerende voorheffing is een gewestbelasting, gevestigd op het kadastraal inkomen van onroerende goederen: gronden, woningen, gebouwen en sommige bedrijfsuitrusting.
Gemeenten en provincies vestigen opcentiemen op de gewestelijke basisbelasting. De inning gebeurt samen met de basisbelasting door de Vlaamse Belastingdienst, die het bedrag doorstort naar de provincies en de gemeenten.
Sommige onroerende goederen van de federale overheid of van internationale instellingen zijn vrijgesteld van onroerende voorheffing. Hierop kunnen de gemeenten dus ook geen opcentiemen vestigen. Daarom krijgen ze een compensatie van de federale overheid uit een krediet dat gekend is als “De dode hand”.
Overzicht belastingen en fiscale inkomsten per gemeente
De digitale jaarrekeningen en aangepaste meerjarenplannen geven een beeld van de fiscale ontvangen voor elke belasting en het aantal belastingen per gemeente.