Gedaan met laden. U bevindt zich op: Speciale systemen: hellingsmortel met isolatieblokken (met ATG) Hellende lagen

Speciale systemen: hellingsmortel met isolatieblokken (met ATG)

Geldig voor alle bouwaanvragen

Wanneer een plat dak geïsoleerd wordt met een isolatiemortel in combinatie met isolatieplaten (EPS of PUR), dan bevindt zich in de dakopbouw een laag met variabele dikte. Die bestaat uit 2 verschillende materialen (isolatiemateriaal en (isolerende) mortel).

Vereenvoudigde methode (doorsnede ter hoogte van het deelelement met de hoogste U-waarde)

Om de U-waarde (warmtedoorgangscoëfficiënt) van een dergelijk plat dak te berekenen, dient
in principe een numerieke berekening te gebeuren (zie bijlage G.2 van het ). Binnen de EPB-regelgeving worden echter nog 2 conventionele methoden aanvaard.

Deze 2 methodes sluiten globaal aan bij de filosofie van de 2 methodes in §7.4 van het transmissiereferentiedocument (U-waarde van bouwdelen met variabele dikte), maar de berekening van de U-waarde van de deelelementen gebeurt op een andere manier.
Voor de beide methoden verdeelt u het plat dak in deelelementen.

Opdeling in deelelementen (bovenaanzicht)

Elk deelelement stemt overeen met een isolatieplaat + randzone in de laag met variabele dikte.
Voor die deelelementen dient de R-waarde van de niet- met variabele dikte
gekend te zijn. In de EPB-productgegevensdatabank(opent in nieuw venster) kunt u naargelang het toegepaste systeem deze R-waarden, in functie van het gebruikte isolatiemateriaal en van een dikte, terugvinden in de rubriek bouwproducten bij de desbetreffende fabrikant en producttype. Deze gegevens mag u enkel gebruiken als aan een aantal voorwaarden wordt voldaan.

Per gekend systeem richt u een aanvraag tot het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap om het berekeningsprincipe te mogen toepassen. Per aanvraag worden:

  • de twee rekenmethoden toegelicht, die in het kader van de energieprestatieregelgeving mogen worden gebruikt.
  • de voorwaarden opgesomd waaraan moet voldaan worden opdat de opgegeven R-waarden uit de EPB-productgegevensdatabank mogen worden gebruikt.

Vervolgens zijn er 2 rekenmethodes mogelijk:

  • de vereenvoudigde methode, die enkel rekening houdt met de warmtedoorgangscoëfficiënt van het deelelement met de hoogste U-waarde
  • de gedetailleerde methode die een gemiddelde U-waarde voor het hele bouwelement berekent.

Verstuur uw specifieke aanvraag steeds via mail naar veka@vlaanderen.be(opent in uw e-mail applicatie).