Gedaan met laden. U bevindt zich op: VB 18003 - Uitbreng BVBA Vlaamse Belastingdienst

VB 18003 - Uitbreng BVBA

Voorafgaande beslissing
Nummer
18003
Datum beslissing
19 februari 2018
Publicatiedatum
23 februari 2018

Heffing

  • Verkooprecht

Wettelijke basis

  • art. 2.9.1.0.4. VCF

I. Voorwerp van de aanvraag

1. De aanvraag strekt ertoe bevestiging te krijgen dat er geen Vlaamse registratiebelasting verschuldigd is op de verkrijging door de vennoot.

2. In ondergeschikte orde, enkel in het geval het besluitvormingsorgaan toch van oordeel zou zijn dat er Vlaamse evenredige registratiebelasting verschuldigd is, vragen de aanvragers om bevestiging dat de overdracht van het onroerend goed, ten gevolge van de reële kapitaalsvermindering, aan het verdeelrecht van 2,5% zou onderworpen zijn in toepassing van artikel 2.9.1.0.4., tweede lid VCF juncto artikel 2.10.1.0.1. VCF. De reden hiervoor is het feit dat de overdracht in de feiten neerkomt op een afstand van onverdeelde delen tussen mede-eigenaars, waardoor de onverdeeldheid een einde neemt. De aanvragers vragen eveneens om bevestiging dat het verdeelrecht zal berekend worden op de overeengekomen waarde van het volledige onroerend goed, met als minimum de verkoopwaarde ervan, overeenkomstig artikel 2.10.3.0.1., §2 VCF.

II. Identiteit van de aanvrager en de partijen

3. De aanvraag wordt ingediend door de notaris A, namens:

3.1. X, hierna genoemd “de vennoot”;

3.2. de BVBA Y.

III. Beschrijving van de voorgenomen verrichtingen

4. Bij akte verleden voor notaris A in 2010, heeft de BVBA Y 49,50% in volle eigendom aangekocht van een onroerend goed gelegen te Kraainem, …straat nr. 2 samen met de vennoot voor 0,50% in volle eigendom, de heer B, voor 0,50% in volle eigendom en de NV C voor 49,50% in volle eigendom. De aankoop geschiedde met toepassing van het verkooprecht van 10%.

5. Bij akte verleden voor notaris A in 2011, heeft de BVBA Y 49,50% in volle eigendom aangekocht van een onroerend goed gelegen te Kraainem, …straat 1, samen met de vennoot, voor 0,50% in volle eigendom, de heer B, voor 0,50% in volle eigendom en de NV C voor 49,50% in volle eigendom. De aankoop geschiedde met toepassing van het verkooprecht van 10%.

6. Bij akte verleden voor notaris A in 2011, heeft NV C 2,30% in volle eigendom overgedragen aan de BVBA Y van de onroerende goederen gelegen te Kraainem, …straat 1 en 2, teneinde de eigendomsverhoudingen in overeenstemming te brengen met de aandelen van de privatieven delen in de gemeenschappelijke delen van een op te richten appartementsgebouw. De overdracht geschiedde met toepassing van het verdeelrecht van 1%.

De statuten van mede-eigendom van dit appartementsgebouw werden verleden voor notaris A. In deze akte werden tevens de verschillende loten/appartementen van het appartementsgebouw toebedeeld aan enerzijds de NV C en de heer B, voornoemd, en aan anderzijds, de BVBA Y voor 99,04% in volle eigendom en de vennoot voor 0,96% in volle eigendom. Hierdoor werden de BVBA Y en de vennoot, onverdeelde eigenaars van verschillende appartementen gelegen in het gebouw te Kraainem, …straat 1 en 2.

7. De BVBA Y wenst nu een reële kapitaalvermindering te doen door uitkering in natura van 1 appartement gelegen in het gebouw te Kraainem, …straat 1 en 2. Dit appartement behoort voor 99,04 % in volle eigendom toe aan de BVBA Y en voor 0,96% in volle eigendom aan de vennoot. De vennoot is op heden de enige vennoot van de BVBA Y. Ingevolge deze kapitaalvermindering zal hij voor de geheelheid volle eigenaar worden van het betreffende appartement.

IV. Motivering van de aanvraag

8. De aanvragers zijn van oordeel dat deze kapitaalvermindering geen Vlaamse evenredige registratiebelasting opeisbaar gaat maken, op grond van volgende argumenten :

9. Op grond van artikel 2.9.1.0.4., 2de lid VCF zal deze verkrijging belast worden volgens haar gemeenrechtelijke aard, nu het onroerend goed door de vennootschap, grotendeels, met betaling van het verkooprecht werd verkregen en het vaststaat dat de enige vennoot die volledig eigenaar wordt van het onroerend goed, deel uitmaakte van het aandeelhoudersschap van de vennootschap toen deze het onroerend goed verkreeg.

10. Het aandeelhoudersschap van de BVBA Y heeft wijzigingen ondergaan, waardoor de vennoot, gedurende een bepaalde periode geen vennoot meer was, maar hij was vennoot, zowel bij de vermelde aankopen en uitonverdeeldheidtreding, als op heden. De aanvragers verwijzen hiervoor naar Werdefroy 2014-2015, bladzijde 1700, nummer 1099 en het feit dat de vennoot niet ononderbroken vennoot moet zijn geweest. Het volstaat dat hij vennoot was op het ogenblik van de verwerving en op het ogenblik van verkrijging van het onroerend goed.

11. De overdracht van het onroerend goed n.a.v. de kapitaalvermindering van de vennootschap geldt niet als een overdracht ten bezwarende titel, noch als een verdeling, doch vloeit voort uit het wettelijk mechanisme van de kapitaalsvermindering.

V. Beslissing

12. Gelet op artikel 3.22.0.0.1 VCF komt het besluitvormingsorgaan tot de volgende voorafgaande beslissing:

13. Artikel 2.9.1.0.4 VCF luidt:

“Het verkooprecht wordt ook gevestigd op de verkrijging, op welke wijze ook, maar anders dan bij inbreng in een vennootschap, door een of meer vennoten van onroerende goederen die in België liggen en die voortkomen van een vennootschap onder firma, van een gewone commanditaire vennootschap, van een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid of van een landbouwvennootschap.

De verkrijging zal evenwel belast worden volgens haar gemeenrechtelijke aard als het gaat om :

1° onroerende goederen die in de vennootschap zijn ingebracht, als ze verkregen zijn door de persoon die de inbreng gedaan heeft;

2° onroerende goederen die door de vennootschap met betaling van het verkooprecht verkregen zijn, als het vaststaat dat de vennoot die eigenaar van die onroerende goederen wordt, deel uitmaakte van de vennootschap toen laatstgenoemde de goederen verkreeg.

In geval van verkrijging van maatschappelijke onroerende goederen door al de vennoten ten gevolge van een reële kapitaalvermindering van de vennootschap, of ten gevolge van een vereffening van de vennootschap die beantwoordt aan de hiertoe door het Wetboek van Vennootschappen gestelde vereisten, is, naargelang van het geval, de bij toepassing van het eerste of het tweede lid gevestigde registratiebelasting van toepassing op de latere toebedeling van de goederen aan een of meer vennoten.”

14. Het eerste lid van artikel 2.9.1.0.4 VCF bevat het principe: bij de verkrijging van een onroerend goed uit de vennootschap door een of meer vennoten is het verkooprecht verschuldigd.

15. Het tweede lid, 2°, van artikel 2.9.1.0.4 VCF bevat een uitzondering dat als de vennoot ten tijde van de aankoop door de vennootschap vennoot was van de vennootschap de verkrijging belast volgens haar gemeenrechtelijke aard. Dit betekent dat ofwel het verkooprecht verschuldigd is, als het gaat om een overdracht onder bezwarende titel, ofwel het verdeelrecht, als het gaat om een verdeling of een afstand van onverdeelde delen.

16. De "wachtregeling, voorzien in het derde lid van artikel 2.9.1.0.4 VCF is niet van toepassing als het gaat om een eenmans-BVBA. De heffing gebeurt in dat geval altijd onmiddellijk.

17. De enige vennoot van de bvba die het goed verkrijgt in het kader van vermelde kapitaalvermindering kwalificeert voor de uitzondering van art. 2.9.1.0.4, tweede lid, 2°, VCF. Gelet op de onverdeeldheid tussen de vennoot en de vennootschap is het verdeelrecht verschuldigd (want de gemeenrechtelijke aard is een verdeling).