Het successierecht is gevestigd op alles wat uit de nalatenschap van een rijksinwoner wordt verkregen, dit betekent ook de in het buitenland gelegen goederen (roerend en onroerend). Indien de in het buitenland gelegen goederen ook aan een vorm van buitenlandse erfbelasting onderworpen worden, is er een “verrekening” met de in het buitenland “geheven” erfbelasting.

Voor de toepassing van artikel 2.7.5.0.4 VCF is vereist dat volgende bewijsstukken worden voorgelegd:

• Een behoorlijk gedateerd kwijtschrift van de in het buitenland betaalde erfbelasting (de datum van het kwijtschrift is bepalend voor de eventuele omrekening in euro);
• Een door de bevoegde buitenlandse overheid voor eensluidend verklaard afschrift van de aangifte en van de berekening van de rechten.

Het kwijtschrift van de in het buitenland betaalde rechten, dat de erfgenamen moeten voorleggen om vermindering te genieten, kan worden vervangen door een eensluidend verklaard afschrift van het goedgekeurd afbetalingsplan/uitstel van betaling door de buitenlandse overheid.

Hiermee volgt VLABEL de federale RJ S 17/05-01.