Gedaan met laden. U bevindt zich op: SP 15119 - Problematiek van de begrafenisverzekering Vlaamse Belastingdienst

SP 15119 - Problematiek van de begrafenisverzekering

Administratief standpunt
Nummer
15119
Datum beslissing
15 juli 2022
Publicatiedatum
19 september 2022

Heffing

  • Erfbelasting

Wettelijke basis

  • art. 2.7.1.0.6. VCF

Huidig standpunt

Hierna worden de verschillende mogelijke gevallen overlopen.

1. Verzekering met als begunstigde de begrafenisondernemer

Als de overledene een verzekering heeft afgesloten met als begunstigde de begrafenisondernemer (=uitvaartverzekering in de strikte betekenis van het woord), is het bij het overlijden aan de begrafenisondernemer uitgekeerde bedrag geen belastbare materie in de erfbelasting, althans in de mate dat het uitgekeerde bedrag dient voor de dekking van de begrafeniskosten.

1.1. Het uitgekeerde bedrag dekt de begrafeniskosten, niet meer en ook niet minder

De uitkering die de begrafenisondernemer verkrijgt is een verkrijging onder bezwarende titel, dus geen toepassing art. 2.7.1.0.6.

De begrafeniskosten zijn geen passiefpost van de nalatenschap.

Opteren voor het forfait van € 6.000 is niet mogelijk (reparatiedecreet).

1.2. Het uitgekeerde bedrag is lager dan het bedrag van de werkelijke begrafeniskosten

De uitkering die de begrafenisondernemer verkrijgt is een verkrijging onder bezwarende titel, dus geen toepassing art. 2.7.1.0.6.

Opteren voor het forfait van € 6.000 is niet mogelijk (reparatiedecreet).

De aangevers kunnen de werkelijke begrafeniskosten aantonen. Het verschil in méér tussen het aan de begrafenisondernemer uitgekeerde bedrag en het bedrag van de werkelijke kosten is aanvaardbaar als passiefpost van de nalatenschap.

1.3. Het uitgekeerde bedrag is hoger dan het bedrag van de werkelijke begrafeniskosten

In dat geval is het in principe zo dat de begrafenisondernemer het bedrag krijgt, nodig om de begrafeniskosten te dekken, en dat het overschot wordt uitgekeerd, hetzij aan de nalatenschap, hetzij aan een andere begunstigde.

De uitkering die de begrafenisondernemer verkrijgt is een verkrijging onder bezwarende titel, dus geen toepassing art. 2.7.1.0.6.

De begrafeniskosten zijn geen passiefpost van de nalatenschap.

Opteren voor het forfait van € 6.000 is niet mogelijk (reparatiedecreet).

Wat het overschot betreft moet volgende onderscheid worden gemaakt:

- dit overschot wordt uitgekeerd aan de nalatenschap: dit moet worden aangegeven als actiefbestanddeel van de nalatenschap.

- dit overschot wordt uitgekeerd aan een welbepaalde begunstigde: dit bedrag is belastbaar in hoofde van die begunstigde op grond van art. 2.7.1.0.6.

2. Verzekering zonder welbepaalde begunstigde die bedoeld is om de begrafeniskosten te dekken

In dit geval wordt het voordeel van de verzekering uitbetaald aan de nalatenschap.

Het uitgekeerde bedrag is dan ook een actiefbestanddeel van de nalatenschap en moet als dusdanig worden aangegeven.

Opteren voor het forfait van € 6.000 is niet mogelijk (reparatiedecreet).

De aangevers kunnen de werkelijke begrafeniskosten aantonen. Deze zijn aanvaardbaar als passiefpost van de nalatenschap en worden in mindering gebracht van het actief.

3. Verzekering met een of meer welbepaalde begunstigden (niet de begrafenisondernemer) die bedoeld is om de begrafeniskosten te dekken

In dit geval wordt het voordeel van de verzekering uitbetaald aan de welbepaalde begunstigde(n), die kosteloos verkrijgen, op last van een verbintenis om iets te doen (de begrafenis betalen).

Het aan de begunstigde(n) uitgekeerde bedrag is belastbaar op grond van art. 2.7.1.0.6.

Opteren voor het forfait van € 6.000 is niet mogelijk (reparatiedecreet).

De aangevers kunnen de werkelijke begrafeniskosten aantonen. Deze zijn aanvaardbaar als passiefpost van de nalatenschap en worden in mindering gebracht van het belastbaar aandeel van de begunstigde(n) van de verzekering, als wordt aangetoond dat deze begunstigde(n) de begrafeniskosten effectief heeft/hebben betaald.

Wanneer de begrafeniskosten geheel of gedeeltelijk gedekt worden door een niet traditionele uitvaartverzekering, zoals een uitvaartfonds waarbij de overledene was aangesloten, geldt dezelfde redenering als wanneer de overledene een uitvaartverzekering had afgesloten.

Zie ook standpunt 17060 ‘Onverenigbaarheid keuze forfait begrafeniskosten vs aanwezigheid begrafenisverzekering’.

Historische versies

Hieronder vindt u een overzicht van de historische versies van dit standpunt:

Standpunt nr. 15119 dd. 05.08.2015, publicatie op 15.08.2015