Gedaan met laden. U bevindt zich op: In het kohier wordt ook een niet-belastingplichtige vermeld Vlaamse Belastingdienst

In het kohier wordt ook een niet-belastingplichtige vermeld

Rechtspraak
Rolnummer
F.14.0167.N
Datum beslissing
2 september 2016
Publicatiedatum
22 maart 2022
Rechtbank
Hof van Cassatie
Status
Definitief

Heffing

  • Heffing op ongeschikte en onbewoonbare woningen

Wettelijke basis

  • art. 3.2.1.0.1. VCF

Samenvatting

De verkrottingsheffing werd gevestigd op naam van beide echtgenoten. Het belaste pand behoorde in uitsluitende eigendom slechts toe aan één echtgenoot. De andere echtgenoot was geen belastingplichtige.

Het hof van beroep te Brussel stelde op 17/2/2013 vast dat de verkrottingsheffing op naam van beide echtgenoten werd gevestigd, dus eveneens op naam van een niet-belastingplichtige. Als algemene vereiste voor de geldigheid van een aanslag dient te worden gesteld dat de uitvoerbare titel op duidelijke en ondubbelzinnige wijze de werkelijke belastingplichtige moet vermelden. Aangezien de heffing eveneens op naam van een niet-belastingplichtige werd gevestigd, werd deze naar het oordeel van het hof niet geldig gevestigd. De omstandigheid dat de andere echtgenoot wel de belastingplichtige is en de heffing ook op naam van deze belastingplichtige werd gevestigd, kan niet tot gevolg hebben dat de heffing ten aanzien van deze echtgenoot wel rechtsgeldig zou zijn gevestigd. De vermelding van de naam van een persoon die geen belastingplichtige is, maakt het kohier voor het geheel onregelmatig. Het is niet mogelijk om het kohier te splitsen in een regelmatig en een onregelmatig gedeelte. Bijgevolg dient de heffing voor het geheel te worden vernietigd.

Bij arrest d.d. 02-09-2016 vernietigt het Hof van Cassatie het arrest van het hof van beroep te Brussel en verwijst de zaak naar het hof van beroep te Gent.

Het Hof oordeelt:

‘Het kohier is regelmatig wanneer het de gegevens vermeldt die nodig zijn om de belastingplichtige te kunnen identificeren en het bedrag van de door hem verschuldigde heffing bepaalt.

De omstandigheid dat in het kohier niet alleen de werkelijke belastingplichtige maar ook een niet-belastingplichtige werd opgenomen, kan niet leiden tot de integrale nietigheid van het kohier.’