Foefelen is standaardtaal in België. De betekenissen zijn ‘sjoemelen, bedriegen, valsspelen’, ‘wegmoffelen, verbergen’ en ‘flikfooien, stoeien’. Foefelen wordt vooral in informele gesproken taal gebruikt.
- Hij stond erom bekend dat hij altijd foefelde tijdens het pokeren.
- ‘Niks in de mouwen, niks in de zakken, geen gefoefel’, zei de goochelaar.
- Het bleef bij wat onhandig gefoefel achter de struiken bij het jeugdhuis.