Het bijwoord nog wordt onder andere gebruikt om (samen met andere woorden) een aspect van tijd, herhaling, hoeveelheid of versterking uit te drukken.

• Ik wil wel, maar nu nog niet.
• Hij wil nog eens.
• Ik heb nog vijf tanden.
• Deze versie heeft nog minder wijzigingen ondergaan dan de vorige.

Het nevenschikkend voegwoord noch wordt gebruikt in een ontkenning. Het betekent ‘niet ... en ook niet ...'. Noch kan als reeksvormer gebruikt worden: het kan herhaald worden voor elk lid van de nevenschikking.

• Ann noch Joost wil ermee doorgaan.
• De prijs is niet overdraagbaar, noch verwisselbaar.
• Noch de minister noch de premier wilde iets zeggen.
• Ik heb noch de bevoegdheid, noch de wil om dat te doen.