Gedaan met laden. U bevindt zich op: Woonquote Bouwen en wonen

Woonquote

Gepubliceerd op 26 april 2019 • Volgende update: januari 2025
Inhoud is aan het laden
Inhoud is aan het laden
Inhoud is aan het laden

In 2018 gaf 1 op de 5 Vlaamse huishoudens meer dan 30% van het besteedbaar inkomen uit aan naakte woonkosten. Het gaat om de uitgaven voor huur of afbetaling van de woonlening, zonder bijkomende woonuitgaven voor verzekering, taksen, onderhoud en nutsvoorzieningen.

Dit aandeel is tegenover 2013 stabiel gebleven. In de periode 2005-2013 werd nog een stijging genoteerd.

Huurders en lagere inkomensgroepen kennen vaker hoge woonquote

In 2018 hadden 52% van de private huurders en 23% van de sociale huurders een woonquote hoger dan 30%. Dit zijn dezelfde aandelen als in 2013. Ook voor de eigenaars met een hypotheek zijn de aandelen stabiel gebleven. In de periode 2005-2013 werd in elke deelmarkt nog een stijging genoteerd.

Niet onverwacht is er een verband tussen de woonquote en het inkomen. Naarmate het inkomen stijgt, daalt het aandeel huishoudens met een hoge woonquote. Bij de laagste inkomensgroep heeft iets meer dan 3 op de 10 huishoudens een hoge woonquote, bij de hoogste inkomens is dit 1 op de 10. Ook hier is de negatieve trend die in de periode 2005-2013 werd genoteerd tot stilstand gekomen.

Bijna 1 op 2 private huurders besteedt meer dan 40% van inkomen aan totale woonkosten

Er kan bij de beoordeling van de betaalbaarheid van het wonen ook gekeken worden naar de totale woonkosten in plaats van de naakte woonkosten. Het gaat dan niet alleen om de huurkosten of afbetaling van de woonlening maar ook om bijkomende woonuitgaven voor verzekering, taksen, onderhoud en nutsvoorzieningen. Ook deze totale woonkosten kunnen afgezet worden ten opzichte van het besteedbaar inkomen waarbij 40% van het inkomen dan traditioneel als kritische grens wordt gehanteerd.

In totaal viel in 2018 bij 18% van de huishoudens de totale woonkosten boven de 40%‐grens, wat vergelijkbaar is met 2013. Bijna de helft van de private huurders (47%) spendeerde in 2018 meer dan 40% van het besteedbaar inkomen aan de totale woonkosten, wat meer is dan bij de eigenaars met hypotheek (20%) en de sociale huurders (27%).

Ook bij de woonquote op basis van de totale woonuitgaven is er een verband tussen de woonquote en het inkomen. De woonquote ligt in 2018 het hoogst bij de lage inkomens.

Bronnen