Gedaan met laden. U bevindt zich op: Openheid en vertrouwen zijn de sleutels voor een goed draaiende LIVC-R Nieuwsberichten van Radicalisering en Polarisatie

Openheid en vertrouwen zijn de sleutels voor een goed draaiende LIVC-R

Nieuwsbericht
1 juli 2022

Sinds 2018 is elk lokaal bestuur bij wet verplicht om een lokale integrale veiligheidscel (LIVC-R) op te richten. De krijtlijnen stonden scherp, maar 1 euvel bleef overeind: de socio-preventieve actoren konden wel deelnemen maar mochten niks zeggen door hun beroepsgeheim. Dat werd in 2021 opgelost door een nieuw LIVC-R-decreet(opent in nieuw venster). Tijd dus voor een inkijk te velde. Hoe het er echt aan toegaat in zo’n LIVC-R ontdekken we samen met Mohamed El Bakali van het Team Samenleven en Veiligheid | Expo R van Stad Gent. Hij zetelt al enkele jaren in de Gentse LIVC-R en is vrijwilliger bij het Netwerk Islamexperten.

Mohamed, je werkt zelf al 25 jaar bij de stad Gent rond het thema integratie, samenleven en preventie en je zetelt nu 3 jaar in de Gentse LIVC Radicalisering (LIVC R). Hoe omschrijf jij een LIVC R?

Mohamed: “Het is een overlegorgaan waar we individuen die in een radicaliseringsproces zitten bespreken en waarvoor we opvolgtrajecten op maat uitwerken. Bij de opstart van het LIVC-R was de scope gericht op religieus extremisme, maar ondertussen is die verbreed en volgen we alle vormen van radicalisering op. In Gent vergaderen we met 8 partijen: vertegenwoordigers van de politie, het kabinet van de burgemeester, het OCMW, de stadsdienst Expo-R, het justitiehuis, het straathoekwerk, de geestelijke gezondheidszorg en het volwassenenonderwijs. Standaard komen we elke 6 weken samen om de aangemelde personen te bespreken. Eerst overlopen we de nieuwe cases, dan de lopende dossiers om uiteindelijk te eindigen met de dossiers die we kunnen afsluiten.”

Wat moet je doen om op jullie radar te komen?

Mohamed: “We moeten aanwijzingen hebben dat je je heel radicaal opstelt of erger nog, dat je stappen zet richting een daad zoals een aanval op iemand of een aanslag. Vroeger gingen er vrij snel alarmbellen af, nu is dat al iets minder snel het geval. We verwijzen gemelde personen regelmatig door naar andere diensten die beter geschikt zijn om hun problemen te behandelen.”

Hoe gaan jullie te werk?

Mohamed: “We brengen eerst het netwerk rond de persoon in kaart. Zit die in een organisatie (socio-cultureel, jeugd, …) of een moskeevereniging? Waar loopt die school? Wie is de leerkracht met wie de persoon een goed contact heeft? De Expo-R-medewerker of een ander LIVC-lid contacteert de omgeving zoals afgesproken binnen de LIVC-R om die persoon indirect te beïnvloeden zonder dat die dat door heeft. Als het echt fout loopt, gaan we over tot begeleiding.”

Volgt het LIVC-R veel mensen op?

Mohamed: “Concrete cijfers kunnen we niet geven, maar in vergelijking met andere steden is het aantal mensen die we opvolgen laag.”

We kunnen al veel neutraliseren in een vroeg stadium dankzij ons netwerk
MEB

Mohamed El Bakali

Vrijwilliger bij het Netwerk Islamexperten

Hoe verklaar je dat?

Mohamed: “In het begin brachten de politionele actoren veel personen aan. Nu zijn het vooral de socio-preventieve actoren die preventief personen aanmelden en dat is een goede evolutie. De maatschappelijke en politionele actoren kennen elkaar ondertussen beter en hebben wederzijds vertrouwen in elkaar. Ze sensibiliseren de partnerorganisaties met vormingen en gebruiken bijvoorbeeld de preventiedriehoek van Johan De Clerck. Ze leren hen omgaan met commentaren op sociale media of polarisering in het algemeen.

In 2021 kwam er een nieuw decreet dat ervoor zorgde dat Vlaamse socio-preventieve actoren ook op een comfortabelere manier konden deelnemen aan een LIVC-R, want dankzij dit nieuwe decreet(opent in nieuw venster) mogen ze hun beroepsgeheim schenden om informatie te delen. Voel je in de praktijk de impact daarvan?

Mohamed: “In tegenstelling tot veel andere LIVC-R vormde het beroepsgeheim voor ons geen probleem doordat er al voldoende vertrouwen was tussen de verschillende partners (onder andere ook door juridisch terug te vallen op een samenwerkingsprotocol dat werd goedgekeurd op de Zonale Veiligheidsraad). Het zou wel effect kunnen hebben bij nieuwe cases waar we concrete informatie moeten uitwisselen. Maar we hebben zodanig veel contacten met het sociale middenveld dat veel gevoelige dossiers nooit op het bord van de LIVC-R belanden. We kunnen al veel neutraliseren in een vroeg stadium dankzij dat netwerk.”

Wat is voor jou de essentie van een goed draaiend LIVC-R?

Mohamed: “Uiteraard dat netwerk, maar ook de vertrouwensband en goede samenwerking met politionele actoren. In Gent treedt de politie niet snel repressief op, want ze vertrouwen op de expertise van de maatschappelijke partners.”

Vertrouwen is iets dat moet groeien. Hoe is dat er gekomen in de Gentse LIVC-R?

Mohamed: “Gewoon open communiceren en eerlijk zijn. De info die je hebt ook effectief delen. Dat versterkt de band. De rol van de korpschef en de burgemeester zijn daarbij cruciaal. Je moet elkaar duidelijk maken waarom je bepaalde dingen in gang zet. Die dialoog werkt, want in het begin is de politie soms bang om uit haar rol te vallen. Maar dat hoeft niet. Ze kan haar rol blijven spelen in alle openheid, waardoor ze niet meteen repressief hoeft op te treden.”

Een goed evenwicht tussen politionele en maatschappelijke actoren is cruciaal
MEB

Mohamed El Bakali

vrijwilliger bij het Netwerk Islamexperten

De Vlaamse overheid en de VVSG bieden uitgebreide draaiboeken, studiedagen(opent in nieuw venster), ondersteunings- en coachingstrajecten(opent in nieuw venster) aan voor LIVC-R’s. Hoe ervaar je die? Zijn er nog bijkomende initiatieven nodig?

Mohamed: “Nee. Ik zit in VVSG-werkgroep radicalisering om ervaringen uit te wisselen met elkaar en zo bij te leren. Het is een lerend netwerk dat 4 maal per jaar samenkomt. De VVSG-werkgroep telt nu 25 leden en is een aanrader voor lokale besturen. Het werkt in 2 richtingen. De VVSG capteert signalen van de LIVC-R die zich op het lokale niveau laten voelen en omgekeerd vangen wij de laatste ontwikkelingen op Vlaams niveau op. Ik geef een voorbeeld van wat we daar nu bespreken. Op dit ogenblik ondervinden verschillende gemeenten spanningen met minderjarige vluchtelingen van verschillende origine. Het zijn vaak getraumatiseerde jongeren uit het platteland en de bergen. Ze moeten naar school en moeten tegelijk werken om centen op te sturen naar het thuisfront, waardoor ze hun weg niet vinden in onze maatschappij. Nog een voorbeeld. We merken spanningen bij nieuwe gezinsherenigingen. De rol van de vaders tegenover hun zonen en dochters hier is niet altijd duidelijk. De begeleiding stopt meestal na de hereniging terwijl die dan net beter doorloopt. Dat kunnen we in dat netwerk onder collega’s bespreken. Vaak gaat het om een combinatie van psychische problemen en radicalisering. Dat zijn 2 verschillende terreinen en dan moet je afwegen wat het zwaarst doorweegt.”

Hoe hou je de LIVC-R-vergaderingen interessant? Wat zet je op de agenda?

Mohamed: “We behandelen niet enkel de cases. Acties, projecten, fenomenen, beleidsmatige onderwerpen of methodieken komen evenzeer aan bod. Zo werkten we een brochure uit met een uitgebreid vormingsaanbod(PDF bestand opent in nieuw venster) (PDF) voor de partnerorganisaties. Dat gaat van communicatie, werken met groepen tot stimuleren van burgerzin en omgaan met democratische principes.”

Welke tips heb jij voor andere lokale besturen die recent startten met een LIVC-R?

Mohamed: “Je moet goed afwegen wie erin moet zitten en wie niet. Een goed evenwicht tussen politionele en maatschappelijke actoren is cruciaal. Het belang van de vertrouwensband en de netwerken vermeldde ik eerder al. Als ze elkaars rol en finaliteit erkennen, ontstaat er een dynamisch samenspel tussen nabijheid, zorg en grenzen.”