Gedaan met laden. U bevindt zich op: Tuinrangers tuk op Geopunt Nieuws

Tuinrangers tuk op Geopunt

Nieuwsbericht
26 juni 2023

In Vlaanderen groeit de interesse om gazons om te vormen tot een onderhoudsvriendelijke bloemenweide die bijen, vlinders, roodborstjes, pimpelmeesjes en meer aantrekken. Veel mensen willen graag aan de slag, maar weten vaak niet waar te beginnen en welke bloemen en planten geschikt zijn voor hun tuin. Sinds enkele jaren kunnen de inwoners van 45 Vlaamse gemeenten gratis advies vragen aan een lokale ‘tuinranger’. Deze tuinrangers gebruiken Geopunt om zich optimaal voor te bereiden op hun adviesgesprekken. Stefaan Guyot, een ervaren tuinranger uit Waregem benadrukt het belang van Geopunt in dit proces. 

Stefaan Guyot, een ervaren tuinranger uit Waregem deelt zijn ervaring met Geopunt

Tuinrangers is een initiatief van het agentschap Natuur en Bos in samenwerking met Inverde, het opleidingscentrum van Natuur en Bos. Deze vrijwilligers hebben een gedegen opleiding gevolgd en worden goed ondersteund. Een essentieel onderdeel van hun opleiding is het gebruik van Geopunt. Gemeenten bepalen of ze Tuinrangers aanbieden. Steeds meer gemeenten doen dit ook. Inwoners die graag advies willen inwinnen, kunnen zich aanmelden op de website Tuinrangers.be.

Stefaan Guyot schreef zich in tijdens coronalockdown en volgde zijn opleiding online. Hij gebruikt Geopunt elke dag en legt uit hoe hij tewerk gaat.

Stefaan begint met het invoeren van het adres van de tuin en meet vervolgens het perceel op in Geopunt. “Dat is belangrijk wanneer je advies gaat geven over het type bomen voor de tuin. We werken voornamelijk met inheemse soorten omdat dit cruciaal is voor de biodiversiteit,” legt hij uit. “Maar ook uitheemse soorten kunnen, op voorwaarde dat deze nuttig zijn voor onze soorten en het veranderende klimaat.”

Luchtfoto’s en bodemtypes

Om een goed beeld te krijgen van wat er al aanwezig is in de tuin, activeert Stefaan de kaartlaag ‘Middenschalig Winter 2022’. Deze kaartlaag toont de meest recente luchtfoto’s, waarop hij kan vertrouwen. Vervolgens zoekt hij in Geopunt naar de bodemtypes die aanwezig zijn in de tuin van zijn opdrachtgevers en dat kunnen er meerdere zijn. De kennis van de bodemtypes is van belang om de juiste planten en bloemen te selecteren. Een tuin aan de rand van een bos vereist bijvoorbeeld schaduwminnende planten. Leemgrond kan nat of droog zijn wat bepaalt of een plant voldoende zuurstof krijgt of misschien te lang met de wortels in het water staat. “De meeste mensen vinden dit heel boeiend,” merkt Stefaan op. “Ik geef hen ook altijd mee hoe ik deze informatie vind en het valt me op dat heel veel mensen al bekend zijn met Geopunt. Ze weten alleen ze nog niet wat je er allemaal mee kunt doen.”

OB (zwarte kruisjes op witte achtergrond) staat voor ‘opgehoogd terrein’. De waterloop (rechts) is uitgegraven en errond is het terrein opgehoogd. Ldp staat voor zandleem met een bovenlaag in zwaar zandleem. Zcc staat voor een matig droge zandbodem.

Historische kaartlagen

De historische kaartlagen in Geopunt bieden veel extra informatie over de geschiedenis van de omgeving. Van de 18de eeuw tot nu. Als er vroeger bijvoorbeeld een bos was, is dat nog merkbaar in de bodem. Stefaan vindt locaties waar grond is opgevoerd en soms ook plaatsen waar beken of grachten zijn gedempt. Op deze plaatsen is vaak nog veel water aanwezig, waardoor je beter aangepaste planten kiest.

Stefaan deelt een interessante ervaring: “Vorige week was ik in een tuin waar van 1712 tot 1920 een groot bos stond. De invloed daarvan is 100 jaar later nog merkbaar, ook al werd er grond opgevoerd voor de verkaveling.”

Historische kaarten kunnen als laag worden toegevoegd, al dan niet transparant over de basiskaart. Ze verschaffen inzicht in de geschiedenis van de bodem.

Bloemenweide

De populariteit van bloemenweides neemt toe. Om een succesvolle bloemenweide te creëren, is het essentieel om vooraf goed geïnformeerd te zijn. Stefaan benadrukt: “We kiezen de bloemen op basis van de bodemtypes en de wensen van de eigenaar. Wil je bijen aantrekken, of ben je vooral op zoek naar mooie kleuren?” Een belangrijk aspect voor elke tuinranger is het gebruik van biologische zaden en het vermijden van chemische bestrijdingsmiddelen, zelfs bij een rattenplaag. Stefaan legt uit dat het gif via de omgeving zijn weg kan vinden naar andere dieren. Pimpelmeesjes plukken bijvoorbeeld de haren van ratten voor hun nest, waardoor hun jongen in contact komen met het gif. Roofvogels die het kadaver kaalpikken, zorgen er ook voor dat het gif zich in de omgeving verspreidt.

Een Tuinranger boeken of zelf Tuinranger worden?

Op de website Tuinranger.be vind je alle informatie. Tijdens de opleiding krijgen tuinrangers een ‘arsenaal aan hulpmiddelen’ aangeboden, waaronder het waardevolle Geopunt. Bovendien kunnen ze rekenen op een hechte community natuurlijkhebbers.