EVC-traject voor beroepskwalificatie bakker

De bakker bereidt, verwerkt en bakt verschillende soorten (gist)degen voor broden, zachte en harde luxeproducten, taarten, gerezen bladerdeegproducten en gezondheidsgerelateerde producten en bewaart en verpakt die volgens de voedselveiligheidsvoorschriften om de bakkerijproducten uit te stallen, te verkopen en een bakkerij te organiseren.

Beroepsbeoefenaars zijn onderhevig aan de Europese meldingsplicht van overdraagbare ziekten voor personen die in aanraking komen met levensmiddelen. Ziekte of symptomen en indien mogelijk de oorzaken ervan moeten daarom onmiddellijk gemeld worden aan de exploitant.

De bakker:

• plant de productie;
• volgt de voorraad op en maakt bestellingen;
• ontvangt goederen en producten en controleert de levering;
• bereidt, verwerkt en bakt verschillende soorten (gist)degen voor broden, harde en zachte luxeproducten, taarten, gerezen bladerdeeg en gezondheidsgerelateerde bakkerijproducten;
• werkt bakkerijproducten af;
• bewaart en verpakt bakkerijproducten;
• stalt bakkerijproducten uit;
• informeert over bakkerijproducten en verkoopt die;
• werkt hygiënisch en voedselveilig.

In de EVC-standaard bakker(PDF bestand opent in nieuw venster) vind je gedetailleerde info over het EVC-traject.

Als je bij een EVC-testcentrum je ervaring als bakker wil aantonen, doe je dat aan de hand van een praktijkproef, een interview over documenten die je voorbereidt, en een schriftelijke casus.

De instructietaal bij de proeven is het Nederlands. Je hebt dus minstens een basiskennis van het Nederlands nodig om de proeven af te leggen.

Je moet:

• een werkplanning, technische fiche en kostprijsberekening opstellen;
• minimum 4 bakkerijproducten bereiden, verwerken en bakken waarbij 1 bakkerijproduct uit elke categorie:
  • broden;
  • harde luxe;
  • zachte luxe en taarten met gistdeeg;
  • gerezen bladerdeeg;
• klanten informeren over de bakkerijproducten zoals de samenstelling, bereidingswijze, bewaringswijze en toepassing van de producten;
• een eindvoorraad opmaken na het bakken van de bakkerijproducten.