Gedaan met laden. U bevindt zich op: Begrenzing van (parkeer)garages Begrenzing

Begrenzing van (parkeer)garages

Geldig voor alle bouwaanvragen

Parkeergarages kunnen volledig of deels ondergronds gelegen zijn, en in meer of mindere mate geventileerd zijn. Daardoor is het niet altijd duidelijk welke begrenzing u moet kiezen voor een parkeergarage: de begrenzing AOR, kelder of buitenomgeving. 

Van standpunt naar regelgeving

Voor parkeergarages groter dan 40 m² en vanaf 5 standplaatsen neemt het VEKA sinds 2006 het standpunt in dat een parkeergarage intensief geventileerd is met buitenlucht, ongeacht of er ventilatievoorzieningen aanwezig zijn of niet.

Het VEKA baseert zich hierbij op paragraaf 5.5 van de NBN D50-002 (aanbeveling volgens §2 van bijlage IX bij het Energiebesluit). Omdat een parkeergarage moet voldoen aan de geldende normen voor garages, is die te beschouwen als een sterk geventileerde of verluchte ruimte, en dus als buitenomgeving’.

Voor alle duidelijkheid is dit standpunt eind 2024 in de regelgeving opgenomen.

Correcte invoer

Voor de schildelen van het beschermd volume die grenzen aan de parkeergarage voert u bijgevolg als begrenzing ‘buitenomgeving’ in. Kelders die naast een parkeergarage ook onverwarmde bergruimten bevatten, beschouwt u als één geheel met de ‘parkeergarage’ en dus ook als buitenomgeving.

Afhankelijk van de situatie, selecteert u de volgende begrenzing:

Constructie

Begrenzing

(parkeer)garage < of = 40 m²

kelder met buitenvenster of buitendeur

(parkeer)garage > 40 m² en minder dan 5 autostaanplaatsen

kelder met buitenvenster of buitendeur

(parkeer)garage > 40 m² en minimum 5 autostaanplaatsen

buitenomgeving

Regelgeving

Het standpunt dat sinds 2006 geldt, is opgenomen in het Transmissiereferentiedocument (15.2.2 in bijlage 4 bij het MB van 28/12/2018(PDF bestand opent in nieuw venster)) via het wijzigingsbesluit van 29 oktober 2024.