Toegankelijkheid huisartsen in de toekomst beter in kaart gebracht aan de hand van nieuwe indicatoren
Er zijn 46 indicatoren vastgelegd om de toegankelijkheid van huisartsen in de toekomst beter in kaart te brengen. Dat is het resultaat van het tweede proefproject dat nu is afgerond in samenwerking met Domus Medica, UGent en VIVEL.
De laatste jaren komen er steeds vaker signalen dat mensen moeilijk een huisarts kunnen vinden omwille van patiëntenstops. Er is nu een set van indicatoren die vraag en aanbod van de huisartsengeneeskunde in kaart kunnen brengen. Aan de hand hiervan kunnen in de toekomst gegevens voor heel Vlaanderen verzameld worden.
Vlaams Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits: “Het is belangrijk dat iedereen in Vlaanderen toegang heeft tot goede gezondheidszorg, en de huisarts is daarbij van essentieel belang. Wanneer mensen geen huisarts vinden, houdt dit risico’s in voor hun gezondheid. Met dit project willen we de aard en de omvang van de problematiek in kaart brengen, zodat we de situatie kunnen opvolgen en met beleid gerichte acties kunnen ondernemen. Tegelijk nemen we nu al tal van initiatieven die samenwerking stimuleren tussen de huisartsen en andere zorgverleners. Op die manier neem je een aantal taken uit handen van de huisarts zodat er meer tijd is voor de zorg voor patiënten.”
Aanbevelingen en inzichten
Eén van de belangrijkste inzichten uit deze pilootfase is dat gedragenheid bij de huisartsen om hun gegevens te delen erg belangrijk is. Het bekomen van een hoge responsgraad is een uitdaging, maar van essentieel belang wanneer we de toegankelijkheid precies in kaart willen brengen en de juiste conclusies willen trekken. Voor de laatste bevraging was de uiteindelijke responsgraad 62% voor de vragenlijst op niveau van de huisartsenpraktijk en 66,4% voor de individuele huisartsenvragenlijst. Enkele maatregelen in de methode van dataverzameling moeten in de toekomst helpen om de drempel voor huisartsen zo laag mogelijk te houden en de werklast te beperken. Een doorgedreven digitalisatie van de vragenlijst is één van die acties: zo zullen gegevens zoveel als mogelijk vooraf worden ingevuld.
Uit de beperkte data die via de pilootprojecten verzameld werden, kwamen enkele interessante inzichten naar voren. Algemene conclusies trekken is voorbarig, omdat het aantal bevraagde huisartsenpraktijken te klein.
- In 40,5% van de praktijken kon een nieuwe patiënt zich aanmelden zonder beperking. In de andere gevallen was er wel sprake van een patiëntenstop, maar die was maar bij een minderheid absoluut. Er is een grote mate van variatie: soms is er wel nog ruimte voor leden van hetzelfde gezin, worden patiënten wel aanvaard op doorverwijzing of wordt er voorrang gegeven aan patiënten uit een specifieke regio. De term ‘patiëntenstop’ moet dus met de nodige nuance worden geïnterpreteerd.
- Artsen die in een sterk netwerk werken (bv. een groepspraktijk), scoren op het vlak continuïteit van zorg beter wanneer de betrokken arts arbeidsongeschikt wordt (bv. bij vakantie, zwangerschap of ziekte).
- Artsen werkzaam in een multidisciplinaire praktijk werken gemiddeld minder uren per week en hebben toch gemiddeld evenveel patiëntenconsultaties als artsen in een monodisciplinaire praktijk. Gemiddeld werken artsen 49 uur per week.
- 8 op de 10 huisartsen geeft aan eerder of helemaal tevreden te zijn over zijn of haar job. Het mentaal welbevinden komt wel onder druk te staan.
Voorzitter van Domus Medica Dr. Jeroen van den Brandt: “In deze pilootfase werd duidelijk dat de medewerking van de huisartsenkringen een cruciale factor is. De huisartsenkringen vormen een belangrijke schakel tussen de overheid en de huisartsen. Hun lokale kennis is essentieel voor een correcte interpretatie van toegankelijkheid in hun regio en hun inspanning om de responsgraad zo hoog mogelijk te krijgen is doorslaggevend om het huisartsentekort eindelijk in kaart te brengen. Vanuit Domus Medica zullen we vervolgens mee acties opzetten om de huisartsen in de toekomst nog beter te ondersteunen in hun dagelijkse praktijk. Het is belangrijk dat de huisartsen zich met veel goesting kunnen focussen op hun kerntaken en opnieuw de ruimte krijgen om gepersonaliseerde zorg te bieden aan elke burger van dit land.”
Vervolgstappen
In de volgende fase (najaar 2023) zal de technische flow van de dataverzameling verder uitgetest worden bij een 50-tal praktijken. Het rapport bevat een aantal aanbevelingen die de aanzet geven voor een vervolgtraject in het voorjaar van 2024, waarbij er nog verder ingezet wordt op methodiekontwikkeling en het vergroten van het draagvlak om de responsgraad hoog genoeg te krijgen. Daarna kan men starten met de uitrol van deze dataverzameling over heel Vlaanderen.