Gedaan met laden. U bevindt zich op: Onderwijssysteem en studiebewijzen uit Burundi ter vergelijking met Vlaamse studiebewijzen Buitenlandse onderwijssystemen en studiebewijzen ter vergelijking met Vlaamse studiebewijzen

Onderwijssysteem en studiebewijzen uit Burundi ter vergelijking met Vlaamse studiebewijzen

Deze pagina bevat informatie over het onderwijssysteem in Burundi. Je ontdekt met welke Vlaamse studiebewijzen je bepaalde studiebewijzen uit Burundi kunt vergelijken.

Versie 1.0 – 01/06/2024. De informatie op deze pagina’s wordt ad-hoc bijgewerkt. NARIC-Vlaanderen kan niet aansprakelijk worden gesteld voor verkeerd gebruik van de informatie, zie: disclaimer van de Vlaamse Overheid.

Onderwijsniveaus Burundi

  • Stap 1

    Kleuteronderwijs

    Kleuteronderwijs of ‘préscolaire’ wordt alleen aangeboden in een aantal scholen. Leerlingen volgen kleuteronderwijs van hun 3 jaar tot hun 6 jaar.

    Lager (secundair) onderwijs: voor 2013

    Lager onderwijs

    Het lager onderwijs duurde 6 jaar. Een aantal basisscholen bood ook een 7e jaar aan om leerlingen beter voor te bereiden op het secundair onderwijs. Het lager onderwijs werd afgesloten met een nationaal examen. Nadat leerlingen slaagden voor dit examen, ontvingen ze het ‘certificat de fin d’études primaires’. Daarnaast moesten leerlingen met succes de ‘concours nationale’ afleggen om toegang te krijgen tot het secundair onderwijs. Vanaf 2005 was het lager onderwijs gratis wat betreft inschrijvingsgeld.

    Lager secundair onderwijs

    In het lager secundair onderwijs, wat 4 jaar duurde, volgden leerlingen een algemeen vakkenpakket, de ‘tronc commun’ (ook bekend als ‘premier cycle’ of ‘collège’). Als leerlingen na het vierde jaar slaagden voor het nationale examen, ontvingen ze het ‘certificat du tronc commun’ of het ‘certificat de fin de collège’. De resultaten voor dit nationale examen bepaalden welke opleidingen in het hoger secundair onderwijs gevolgd konden worden.

    Basisonderwijs en lager (secundair) onderwijs nu: enseignement fondamentale

    Sinds 2013 behoort het basisonderwijs samen met het lager secundair onderwijs tot het ‘enseignement fondamentale’ van 9 jaar. Gedurende deze 9 jaar moeten leerlingen geen inschrijvingsgeld betalen. Het doel van Burundi is dat er op die manier meer leerlingen na het lager onderwijs doorstromen.

    Aan het einde van het ‘enseignement fondamentale’ is er opnieuw een nationaal examen. Leerlingen die slagen, behalen het ‘certificat de fin d’études fondamentales’.

    Hoger secundair onderwijs

    De tweede cyclus van het algemeen secundair onderwijs duurt 3 jaar, of 4 jaar bij een pedagogische richting. Hier worden de schooljaren vaak in de omgekeerde richting geteld: eerst volgen leerlingen het ‘troisième année’, daarna het ‘deuxième année’ en tot slot het ‘première année’.

    De aangeboden studierichtingen zijn ‘scientifique A’, ‘scientifique B’, ‘lettres modernes’, ‘pédagogique’ en ‘économique’. Nadat leerlingen slagen voor de schoolexamens binnen het algemeen hoger secundair onderwijs kunnen ze de 4 volgende studiebewijzen behalen:

    1. ‘Diplôme des humanités générales’ (tot 2015): dit diploma werd uitgereikt door een secundaire school na de examens van het laatste jaar secundair.

    2. ‘Certificat des humanités générales’ (2016 tot 2019): dit was de nieuwe benaming voor het ‘Diplôme des humanités générales’.

    3. ‘Certificat de fin d’études postfondamentales générales’ (vanaf 2019): dit is de nieuwe benaming voor het ‘certificat des humanités générales’ in het kader van de hervorming van het ‘enseignement fondamentale’ en het ‘enseignement postfondamentale’.

    4. ‘Diplôme d’instituteur’ (4 jaar): dit is het diploma dat leerlingen behalen na de pedagogische studierichting om als leraar te werken in het basisonderwijs. Vroeger konden leerlingen na de eerste 2 jaren van deze opleiding het ‘diplôme d’instituteur adjoint’ behalen. Leerlingen die het algemeen secundair onderwijs al afgerond hebben, kunnen de opleiding tot ‘instituteur’ verkort afronden.

    Met de 4 studiebewijzen van het hoger secundair onderwijs hebben leerlingen geen toegang tot hoger onderwijs. Daarvoor moeten ze één van de onderstaande studiebewijzen behalen:

    1. Certificat d’humanités complètes’ (tot 1999): als leerlingen vroeger in het algemeen of pedagogisch secundair onderwijs aan alle voorwaarden voldoen om toegang te hebben tot het hoger onderwijs, ontvingen ze enkele maanden na de schoolexamens dit diploma. Dit document werd uitgereikt door de secundaire school en gehomologeerd door de ‘directeur général de l’enseignement secondaire’ van het ministerie van onderwijs.

    2. Diplôme d’Etat’ (vanaf 1999): Burundi organiseert een staatsexamen gebaseerd op het Franse ‘Baccalauréat’. Ongeveer een maand na de schoolexamens kunnen leerlingen deelnemen aan het ‘examen d’Etat’. Om het ‘diplôme d’Etat’ te behalen, moeten leerlingen een eindscore van minstens 50% behalen. Bij de berekening van dit percentage tellen de resultaten van het ‘examen d’Etat’ mee voor 70% mee en de resultaten van de schoolexamens voor 30%.

    Op basis van een schooldiploma kunnen leerlingen wel toegang krijgen tot het postsecundair onderwijs type ‘Technicien Supérieur A1’.

  • Stap 2

    Secundair beroepsonderwijs en bijhorende diploma’s

    Diplôme A2

    Opleidingen op niveau A3 duren 2 jaar. Met een ‘diplôme A3’ hebben leerlingen toegang tot de arbeidsmarkt. Een beperkt aantal leerlingen met hoge scores mag verder studeren op niveau A2.

    Diplôme A2

    Opleidingen op niveau A2 duren 3 of 4 jaar. Er wordt toegang verleend op basis van het nationaal examen na het ‘collège’ of nadat leerlingen goede resultaten behaalden voor een ‘diplôme A3’. Leerlingen hebben met het ‘diplôme A2’ op zich geen toegang tot universitair onderwijs, maar als ze slagen kunnen ze wel deelnemen aan het ‘examen d’Etat’ en op deze manier toegang krijgen tot universitair onderwijs. Dit was niet altijd het geval. Tijdens bepaalde periodes konden leerlingen met heel hoge scores rechtstreeks toegelaten worden tot verwante opleidingen in het regulier hoger onderwijs. Op basis van een ‘diplôme A2’ kunnen leerlingen ook toegang krijgen tot het postsecundair onderwijs type ‘Technicien Supérieur A1’.

    Beroepsopleidingen en bijhorende diploma’s

    In het ‘decret n°100/09 du 12 janvier 2015 portant organisation et fonctionnement de l’enseignement et la formation technique et professionnelle’ wordt naast het technisch onderwijs ook gesproken over pure beroepsopleidingen.

    1. Diplôme d’étude fondamentale’ (DEF): Niveau V van het raamwerk der beroepskwalificaties. Dit diploma bevindt zich op niveau ‘enseignement fondamentale’.
    2. Diplôme d’aptitude professionelle’ (DAP): Niveau VI van het raamwerk der beroepskwalificaties - opleiding aan een ‘centre de formation professionnelle’
    3. Diplôme professionnel spécialisé’ (DPS): Niveau VII van het raamwerk der beroepskwalificaties - opleiding aan een ‘centre de formation professionnelle’.
    4. Formation artisanale’: In het oudere ‘decret n°100/066 portant organisation de l’enseignement professionnel public non formel au Burundi’ wordt ook gesproken van ‘formation artisanale’, aangeboden aancentres de formation artisanale’. Dit zou over beroepsonderwijs gaan dat gericht is op leerlingen die de lagere school niet konden afronden.

  • Stap 3

    Toegang tot het hoger onderwijs

    Alleen leerlingen met het ‘Certificat d’ humanités complètes’ (tot 1999) en het ‘Diplôme d’Etat’ (vanaf 1999) krijgen toegang tot het hoger onderwijs. Deze toegang hangt ook af van de onderwijsinstelling en de faculteit.

    De ‘Université du Burundi’ organiseert ook toegangsexamens voor een aantal faculteiten:

    • faculteit geneeskunde;

    • faculteit agronomie;

    • faculteit wetenschappen:

    • faculteit ingenieurswetenschappen:

    • Instituut voor toegepaste statistiek.

    Andere faculteiten en instellingen werken vaak met minimumscores voor toegang.

    Vóór 2012 kregen leerlingen toegang tot het private hoger onderwijs met een studiebewijs dat scholen zelf afleverden (bijvoorbeeld: ‘diplôme d’humanités générales’), ook al werd in 1999 al in wetgeving vermeld dat het ‘Diplôme d’Etat’ vereist was om toegang te hebben tot universitair onderwijs. Sinds de hervorming van 2012 is dit niet meer mogelijk. Deze studiebewijzen (bijvoorbeeld: ‘Certificat de fin d’études postfondamentales générales’) geven wel toegang tot het postsecundair onderwijs of het hoger beroepsgericht onderwijs. Binnen dit type onderwijs kunnen leerlingen opleidingen volgen op het niveau ‘Technicien Supérieur A1’.

    • Binnen het postsecundair onderwijs of het hoger beroepsgericht onderwijs worden opleidingen aangeboden op het niveau ‘Technicien Supérieur A1’. Dit niveau wordt vernoemd in de wetgeving, maar tot op vandaag ontving NARIC-Vlaanderen nog geen diploma dat effectief deze benaming draagt. Het zou dus ook kunnen dat dit een verzamelnaam is.

      Het lijkt alsof dit postsecundair onderwijs de opvolgers omvat van de voormalige professioneel gerichte opleidingen van de eerste cyclus van het oude onderwijssysteem.

      In de wettekst inzake de reorganisatie van het hoger onderwijs van 2020 (‘loi n°1/07 du 29 octobre portant révision de la la loi n°1/22 du 30 décembre 2011 portant réorganisation de l’enseginement supérieur au Burundi’) worden ook enkele nieuwe beroepsgerichte hoger onderwijsopleidingen vermeld:

      • ‘Brêvet de technicien supérieur professionnel’ (BTSP) - niveau I

        • studiebewijs dat studenten kunnen behalen na 120 credits in hetenseignement supérieur technique et professionnel’

      • ‘Diplôme de technicien supérieur professionnel’ (DTSP) - niveau II 

        • Diploma dat houders van het BTSP kunnen behalen na het afronden van 60 bijkomende credits

      In deze wetgeving wordt vermeld dat dit professionele kwalificaties zijn. Daarnaast bevestigt deze wettekst ook dat het ‘diplome d’Etat’ niet nodig is om in deze opleidingen in te stromen.

      Het decreet ‘N°100/166 du 12 juillet 2021 portant modification du décret N°100/275 du 18 octobre 2012 portant conditions d’acces à l’enseignement supérieur’ vermeldt dat de volgende studenten toegang hebben tot niet-universitair hoger onderwijsopleiding van niveau 1:

      • Afgestudeerden van de ‘humanités générales’, ‘pédagogiques’ et ‘techniques’ die geslaagd zijn voor het ‘Examen d’Etat’;

      • Afgestudeerden van ‘humanités générales’, ‘pédagogiques’ et ‘techniques’ die deelnamen aan en niet geslaagd zijn voor het ‘Examen d’Etat’;

      • Afgestudeerden van het ‘Enseignement post fondamentale générale’, ‘pédagogique’ et ‘technique’ die deelnamen aan en niet geslaagd zijn voor het ‘Examen d’Etat’;

      • Afgestudeerden van ‘Centres d’Enseignement des Métiers’ (CEM) en 'Centres de Formation Professionnelle’ (CFP) met een beroepservaring van minstens 2 jaar.

    • Het universitaire hoger onderwijssysteem in Burundi was tot 2011-2012 gebaseerd op het oude Belgische onderwijssysteem.

      Oude systeem

      Eerste cyclus

      Na het afsluiten van de eerste cyclus van 2 jaar ontvingen studenten een ‘diplôme de candidature’. Ook enkele meer professioneel gerichte opleidingen werden als diploma’s van de eerste cyclus beschouwd:

      • ‘Diplôme de professeur de l’enseignement secondaire’, uitgereikt door ‘Ecole Normale Supérieure’ (3 jaar)

      • ‘Diplôme d’Etudes Supérieures’ (DES), uitgereikt door ‘Institut Supérieur de Commerce van de Université du Burundi’ (2 jaar)

      • ‘Diplôme d’Etudes Universitaires Pédagogiques’, uitgereikt door het ‘Institut Pédagogique’ van de ‘Université du Burundi‘

      • ‘Diplôme de Technicien Supérieur de laboratoire’, ‘d’anestésie-réanimation’, ‘de pharmacie’, ‘de santé publique’, uitgereikt door het ‘Institut National de Santé Publique’ (1999-2005)

      Tweede cyclus

      Deze duurde gewoonlijk 2 jaar na de eerste cyclus en leidde meestal tot een ‘Licence’. In bepaalde richtingen was de cyclus langer en werd een ander diploma uitgereikt zoals:

      • ‘Diplôme de docteur en médecine’ (studieduur van 5 jaar na een ‘diplôme de candidat’)

      • ‘Diplôme d’ingénieur industriel’ (studieduur van 4 jaar in het totaal, geen opsplitsing in cycli)

      • ‘Diplôme d’ingénieur civil’ (studieduur van 3 jaar na een ‘diplôme de candidat’)

      • ‘Diplôme d’études supérieures spécialisées’, uitgereikt door het ‘Institut Supérieur de Gestion des Entreprises’ (4-jarige deeltijdse opleiding na eerste cyclus)

        • Opgelet : geldt alleen voor diploma’s uitgereikt door ‘ISGE’. Een DESS aan de ‘Université du Burundi’ is een diploma van de derde cyclus.

      Derde cyclus

      Opleidingen van de derde cyclus waren zeldzaam en werden alleen georganiseerd door de ‘Université du Burundi’. Studenten studeerden minimaal één jaar om een ‘diplôme d’études approfondies’ (DEA) of een ‘diplôme d’études supérieures spécialisées’ (DESS) te behalen. Aan de faculteit geneeskunde konden studenten een ‘Diplôme de spécialisation’ behalen na 5 jaar vervolgopleiding.

      Een doctoraat (PhD) leek nog niet geïmplementeerd te zijn vóór het invoeren van de BMD-structuur.

      Huidige systeem: système BMD

      Met de hervormingswet van december 2011, voerde Burundi het ‘système BMD’ in dat gebaseerd is op het Franse LMD-systeem (‘Licence-Master-Doctorat’). Om verwarring met de oude ‘licence’ te vermijden, koos Burundi ervoor om de eerste fase ‘bachelier’ of ‘baccalauréat’ te noemen. Na het invoeren van het BMD-systeem werd een creditsysteem ingevoerd dat gebaseerd is op ECTS met 60 credits per jaar.

      De invoering van het BMD-systeem gebeurde stapsgewijs. De meeste private hoger onderwijsinstellingen waren sneller in het uitreiken van BMD-diploma’s dan de ‘Université du Burundi’. In 2015 hadden alle onderwijsinstellingen het BMD-systeem ingevoerd. Bij het begin van het academiejaar 2018-2019 werd het oude systeem definitief afgesloten. Vanaf dat moment mochten er geen diploma’s volgens het oude systeem meer uitgereikt worden. Er werd wel in september 2018 een decreet gepubliceerd waarin staat dat studenten psychologie uit het oude systeem nog 1 jaar hebben om hun thesis in te dienen.

      Het nieuwe ‘diplôme de baccalauréat’ sinds de hervorming gelijkwaardig aan de graden van ‘licence’ en ‘ingénieur industriel’ uit het oude systeem.

      Eerste cyclus

      De eerste cyclus leidt tot een ‘Baccalauréat’. Deze opleiding duurt normaalgezien 3 jaar. Opleidingen in de ingenieurswetenschappenduren duren 4 jaar, in geneeskunde wordt het ‘baccalauréat’ behaald na 5 jaar.

      Tweede cyclus

      De tweede cyclus leidt tot een ‘Mastère’. Er zijn 3 types masteropleidingen:

      1. ‘mastère professionnel’ (2 jaar)

        • een meer professioneel gericht type masteropleiding

      2. ‘mastère de recherche’ (2 jaar)

        • een type masteropleiding dat meer op onderzoek gericht is

      3. ‘mastère - spécialisation en médecine’ (3 jaar)

        • een type masteropleiding dat artsen toestaat om zich te specialiseren (bijvoorbeeld in chirurgie)

      Alleen de ‘mastère de recherche’ zou toegang geven tot de derde cyclus.

      Derde cyclus

      Na een derde cyclus van 3 jaar behalen studenten een ‘doctorat’. De eerste doctorale school (die van de ‘Université du Burundi’) zou geopend zijn in 2017.

Nationaal kwalificatieraamwerk

Burundi zou werken aan een eigen nationaal kwalificatieraamwerk, het ‘Cadre National de Qualification et de Certification’ (CNQC). Dit kader zou al in 2019 gevalideerd en ondertussen ingevoerd zou zijn, maar het lijkt op dit moment nog niet online terug te vinden. UNESCO deelde in een publicatie ‘Burundi - Analyse du secteur de l’éducation - 2021’ wel een afbeelding die hierop gebaseerd zou zijn. Bron: UNESCO. (2021). Analyse du secteur de l’éducation (in het Frans)(PDF bestand opent in nieuw venster).

Beoordelingssysteem

De score om geslaagd te zijn in Burundi is doorgaans 50%, maar het behaalde resultaat kan de mogelijkheden om verder te studeren beïnvloeden.

Vergelijking studiebewijzen Burundi en Vlaanderen

Gezondheidszorgberoepen

Erkenningsproces

Voor de volledige procedure voor Burundese aanvragers en een overzicht van de beroepen, zie: een gereglementeerd gezondheidszorgberoep uitoefenen in België.

Lerarenopleidingen

De opleiding voor leraren in het kleuteronderwijs en de eerste fase van hetenseignement fondamentale’ (zie hierboven: basis- en lager secundair onderwijs) maakt deel uit van de pedagogische studierichting van het hoger secundair onderwijs. Studenten behalen na 4 jaar het ‘diplôme d’instituteur’ (D7).

3 instellingen bieden opleidingen aan om les te geven in de hogere fases van het ‘enseignement fondamentale’ en het ‘enseignement postfondamentale’ (zie hierboven: basis- en lager secundair onderwijs):

  • ‘Université du Burundi’

  • ‘Institut de Pédagogique Appliquée’ (IPA)

  • ‘Ecole Normale Supérieur’ (ENS)

Aan deze instellingen kunnen studenten zowel lerarendiploma’s van de eerste cyclus (‘Baccalauréat’) als van de tweede cyclus (‘Mastère’) behalen. Studenten worden voorbereid om les te geven in de hogere fase van het ‘enseignement fondamentale’ (het vroegere lager onderwijs) door lerarenopleidingen van de eerste cyclus te volgen. Het doel van opleidingen van de tweede cyclus is om les te geven in het ‘enseignement postfondamentale’ (het vroegere hoger secundair onderwijs).

Accreditatie en kwaliteit

Bevoegde organisaties

Het ministerie kent erkenning toe op basis van adviezen van de ‘Commission Nationale de l’Education Supérieur’.

De lijsten op de websites van deze organisaties kunnen niet als volledig bewijs van erkenning gebruikt worden voor private hoger onderwijsinstellingen. De erkenning van diploma’s uit de private hoger onderwijssector gebeurt in Burundi namelijk op niveau van het specifieke diploma en van de specifieke student. Elk diploma wordt individueel goedgekeurd door commissies die deel uitmaken van het ministerie van onderwijs.

Publieke hogeronderwijsinstellingen

Burundi heeft 7 publieke hogeronderwijsinstellingen:

  • ‘Université du Burundi’ (UB)

  • ‘École Normale Supérieur’ (ENS)

  • ‘Institut Supérieur de Gestion des Entreprises’ (ISGE)

  • ‘Institut Supérieur de Police’ (ISP)

  • ‘Institut Supérieur des Cadres Militaires’ (ISCAM)

  • ‘Institut National de Santé Publique’ (INSP)

  • ‘École Nationale d’Administration’ (ENA)

Erkenning van (private) hogeronderwijsinstellingen

Sinds 1989 voorziet de Burundese wetgeving dat private hogeronderwijsinstellingen geopend kunnen worden. Rond het jaar 2000 openden de meeste private universiteiten hun deuren, voornamelijk in Bujumbura.

Système BMD

Controle echtheid studiebewijzen

Burundi heeft geen gekende bronnen of databanken die toestaan om een authenticiteitsonderzoek uit te voeren. NARIC-Vlaanderen stelt de authenticiteit van een diploma vast in het kader van een gelijkwaardigheidsonderzoek. De diplomahouder moet hiervoor een aanvraag indienen.

Documentbenamingen

Voor een vergelijking van Nederlandse en Burundese documentbenamingen, zie pagina’s voor aanvragers: documenten voor je aanvraag bij NARIC-Vlaanderen.

Feedback op deze pagina?

Bezig met laden...