Scholingsgraad bij 25- tot 64-jarigen
In Vlaanderen neemt de scholingsgraad van de bevolking doorheen de jaren toe. Ruim 84% van de Vlamingen is midden- of hooggeschoold. Vooral vrouwen, werkenden en jongeren zijn steeds vaker hooggeschoold.
In 2023 was 15,8% van de 25- tot 64-jarigen kortgeschoold, 38,9% middengeschoold en 45,4% hooggeschoold. Kortgeschoolden zijn personen zonder een einddiploma van het secundair onderwijs. Middengeschoolden hebben het secundair onderwijs of het postsecundair niet-hoger onderwijs met succes afgewerkt. Hooggeschoolden beschikken over een diploma hoger onderwijs.
Het aandeel kortgeschoolden daalde tussen 1999 en 2023 van 42,3% naar 15,8%. Een omgekeerde evolutie is er bij de middengeschoolden en de hooggeschoolden: in vergelijking met 1999 zijn de aandelen midden- en hooggeschoolden duidelijk gestegen, respectievelijk van 32,5% naar 38,9% en van 25,2% naar 45,4%.
Vrouwen zijn gemiddeld hoger geschoold dan mannen. In 2023 was 50,0% van de vrouwen hooggeschoold tegenover 40,8% van de mannen. Daartegenover staat dat 16,7% van de mannen kortgeschoold is en 14,8% van de vrouwen.
Hoe jonger de bevolking is, hoe hoger ze geschoold is. Zowel bij de 25- tot 34-jarigen (51,6%) als bij de 35- tot 54-jarigen (48,1%) was in 2023 ongeveer de helft hooggeschoold. Bij de 55- tot 64-jarigen was dat 34,6%. In die laatste leeftijdsgroep was 23,6% kortgeschoold. Bij de jongere leeftijdsgroepen ligt dat aandeel duidelijk lager (rond 12,6%).
Werkenden zijn vaker hooggeschoold, niet-beroepsactieven vaker kortgeschoold. 51,6% van de werkenden tussen 25 en 64 jaar was in 2023 hooggeschoold. Bij de personen die werkloos zijn, was 30,7% hooggeschoold. Bij de niet-beroepsactieven (mensen die niet werken en die ook niet actief op zoek zijn naar een job) was dat 19,5%.
Omgekeerd was bij de werkenden 10,4% kortgeschoold. Bij de werklozen was dat 24,1% en bij de niet-beroepsactieven 38,4%.
De data zijn afkomstig van Steunpunt Werk(opent in nieuw venster) en Statistiek Vlaanderen.