Digitale vaardigheden bij burgers

In 2023 had 61% van de inwoners van het Vlaamse Gewest van 16 tot 74 jaar minstens digitale basisvaardigheden. Dat betekent dat die personen beschikken over de nodige basisvaardigheden op vlak van het opzoeken en controleren van online informatie, het online communiceren, het gebruiken van software, het beheren van persoonlijke gegevens op het internet en het oplossen van problemen of het omgaan met computers of elektronische apparaten. In 2021 lag dat aandeel op 54%. Ook het aandeel van de bevolking met meer gevorderde vaardigheden op al deze aspecten steeg van 26% in 2021 naar 29% in 2023.

Daartegenover staat dat 39% van de bevolking van 16 tot 74 jaar de nodige digitale basisvaardigheden mist: 33% heeft lage digitale vaardigheden en 8% heeft geen digitale vaardigheden of heeft geen internet gebruikt in de voorbije 3 maanden. Dit aandeel bedroeg in 2021 iets meer, namelijk 46%.

Iets meer dan 9 op de 10 Vlamingen beschikten in 2023 over basisvaardigheden of meer gevorderde vaardigheden op vlak van communicatie (94%), informatie en datageletterdheid (91%) of probleemoplossing (91%). Voor informatie en communicatie hadden ongeveer 8 op de 10personen van 16 tot 74 jaar meer gevorderde vaardigheden, voor probleemoplossing 6 op de 10.

Op vlak van het omgaan met software en het beheren van de persoonlijke online informatie hebben heel wat minder personen minstens basisvaardigheden (respectievelijk 76% en 69%).

De digitale vaardigheden nemen af met de leeftijd en toe met de scholingsgraad en het inkomen. Naar geslacht en geboorteland zijn er kleinere of geen verschillen. Bij de 55- tot 74-jarigen had in 2023 55% geen digitale basisvaardigheden, bij de laaggeschoolden was dat 66% en bij de mensen met een inkomen onder de 1.499 euro 69%.

De data zijn afkomstig van Statistiek Vlaanderen.