Gedaan met laden. U bevindt zich op: Vervangingsinkomens sociale zekerheid Inkomen en armoede

Vervangingsinkomens sociale zekerheid

Gepubliceerd op 19 december 2023 • Volgende update: juli 2024
Inhoud is aan het laden
Inhoud is aan het laden
Inhoud is aan het laden

Bijna 1,9 miljoen personen ontvangen vervangingsinkomen sociale zekerheid

Begin 2021 ontvingen 1,89 miljoen inwoners van het Vlaamse Gewest een vervangingsinkomen in het kader van de sociale zekerheid. Dat komt overeen met 28% van de totale bevolking. Het gaat om de som van het aantal personen met een pensioenuitkering, een werkloosheidsuitkering of een uitkering voor arbeidsongeschiktheid.

De grootste groep hiervan zijn personen met een pensioenuitkering. Begin 2021 ging het om 1,43 miljoen personen. Dat aantal neemt jaar na jaar toe. Daarnaast ontvingen begin 2021 ongeveer 105.000 personen een werkloosheidsuitkering. Dat aantal is tussen 2014 en 2020 gedaald, maar tussen 2020 en 2021 weer iets gestegen. Ten slotte waren er begin 2021 ook 359.000 personen met een uitkering voor arbeidsongeschiktheid. Dat aantal nam gestaag toe tussen 2009 en 2020, maar nam beperkt af tussen 2020 en 2021.

Bij de personen met een uitkering voor arbeidsongeschiktheid waren vrouwen begin 2021 in de meerderheid. Dat was ook zo bij de personen met een pensioenuitkering. Bij de werklozen met een uitkering waren er iets meer mannen dan vrouwen.

Personen die een pensioenuitkering ontvangen, zijn uiteraard vooral ouderen. Toch is 13% van de groep met een pensioenuitkering jonger dan 65 jaar. Bij de werklozen zijn 4 op de 10 tussen 50 en 64 jaar. De personen jonger dan 35 jaar en de 35- tot 49-jarigen zijn elk goed voor ongeveer 3 op de 10 van de werklozen. Bij de personen met een uitkering voor arbeidsongeschiktheid gaat het vooral om personen van 50 tot 64 jaar (53%).

Opgedeeld naar huishoudtype gaat het bij de personen met een pensioenuitkering vooral om personen die deel uitmaken van een paar zonder kinderen en om alleenstaanden. Bij de werklozen en de personen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering vormen de personen in een paar met kinderen telkens de grootste groep.

Hoger aandeel met vervangingsinkomen in kustgemeenten

Het aandeel personen met een vervangingsinkomen van de sociale zekerheid in de totale bevolking ligt het hoogst in de kustgemeenten. In Koksijde ging het begin 2021 om 49%. Ook in Nieuwpoort, Middelkerke, Blankenberge, De Haan, De Panne en Knokke-Heist lag dat aandeel telkens boven 40%. Dat hangt ten dele samen met de oudere leeftijdsstructuur van de bevolking in de kustgemeenten en dus het hoger aandeel personen met een pensioenuitkering.

Kraainem (19%) is de enige gemeente in het Vlaamse Gewest waar het aandeel personen met een vervangingsinkomen in 2021 lager lag dan 20%.

Aandeel met vervangingsinkomen in Vlaams Gewest hoger dan in Brussels Gewest, lager dan in Waals Gewest

Begin 2021 ontving 28% van de bevolking in het Vlaamse Gewest een vervangingsinkomen van de sociale zekerheid. In het Waalse Gewest ging het om 30% van de bevolking, in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest om 22%. Het aandeel in België als geheel lag op ongeveer hetzelfde niveau als in het Vlaamse Gewest.

Het aandeel met een pensioenuitkering lag in 2021 het hoogst in het Vlaamse Gewest, het aandeel met een werkloosheidsuitkering het laagst. Bij het aandeel personen met een uitkering voor arbeidsongeschiktheid neemt het Vlaamse Gewest een positie in tussen de 2 andere gewesten.