Wie moet de onroerende voorheffing betalen?
Meestal is diegene die op 1 januari van het aanslagjaar de eigenaar van de woning is diegene die de onroerende voorheffing verschuldigd is aan de Vlaamse Belastingdienst. In sommige gevallen is de belastingplichtige de vruchtgebruiker.
Wie is belastingplichtige?
Eigenaar
In de overgrote meerderheid van de gevallen is de belastingplichtige wie op 1 januari van het aanslagjaar de eigenaar is van het onroerend goed. Als er een uitsplitsing is tussen naakte eigendom en vruchtgebruik, is de vruchtgebruiker de belastingplichtige.
De belastingplichtige is wie op 1 januari van het aanslagjaar een van volgende zakelijke rechten op het onroerend goed bezit:
de (volle) eigendom
het
houder van het woonrecht
het recht van opstal
het recht van .
De belastingplichtige moet de onroerende voorheffing betalen voor de volledige periode van 12 maanden die loopt van 1 januari tot 31 december van het aanslagjaar. Voor de onroerende voorheffing is het aanslagjaar het kalenderjaar zelf.
Huurder
Een huurder kan in de meeste gevallen niet belastingplichtig zijn, ook niet als de verhuurder dit heeft opgenomen in de huurovereenkomst.
Uitzondering: handelspand
Enkel als de huurder een rechtspersoon (vennootschap), zelfstandige of vrije beroeper is en het pand gebruikt voor zijn beroepsactiviteiten (handelspand), kan in het huurcontract overeengekomen worden dat de huurder de onroerende voorheffing moet betalen.
Voor verdere vragen over uw rechten als huurder kunt u contact opnemen met de Huurdersbond(opent in nieuw venster).