Onderstaande grafiek toont de evolutie van deelname aan opleidingen doorheen de tijd (vanaf 2015), berekend op basis van de Enquête naar de Arbeidskrachten (EAK) uitgevoerd door Statbel. De grafiek toont het aandeel van de bevolking tussen 25 en 64 jaar dat deelnam aan vorming of opleiding (gedurende de referentieperiode van vier weken vooraf aan de enquête). Het betreft zowel deelname aan reguliere (formele) opleiding als deelname aan andere non-formele leeractiviteiten.

Elke lerende ervaart in meer of mindere mate drempels. Opdat meer burgers zouden deelnemen aan leren, is het belangrijk om de verschillende drempels die personen kunnen ervaren in kaart te brengen en weg te werken. Aan de Vlaamse burgers werd in de Adult Education Survey (AES, 2016) gevraagd waarom ze niet deelnamen aan opleiding of training. De meest gekozen antwoordcategorieën zijn dat Vlaamse burgers geen nood hebben aan opleiding of dat drempels (zoals tijdstip) een rol hebben gespeeld. Onderstaande grafiek geeft deze drempels weer en maakt duidelijk dat ze heel divers zijn.

Om na te gaan in hoeverre de Vlaamse bevolking bereid is om deel te nemen aan opleidingen, deelt de AES de bevolking op in vier groepen: (1) zij die hebben deelgenomen aan opleiding en geen andere opleiding meer wilden volgen, (2) zij die hebben deelgenomen en graag nog meer hadden deelgenomen, (3) zij die niet deelgenomen hebben, maar dat wel graag hadden gedaan en (4) zij die niet hebben deelgenomen en ook niet wensen deel te nemen. Een relatief grote groep Vlaamse volwassenen wil niet leren: 41,9% nam niet deel en wil ook niet deelnemen. Hiermee positioneert het Vlaams Gewest zich rond het gemiddelde van de EU-28 (42,8%).

Onderstaande grafieken tonen de laatste inschrijvingscijfers voor opleidingen bij een aantal grote opleidingsverstrekkers: het volwassenenonderwijs, het hoger onderwijs, VDAB, Syntra en het deeltijds kunstonderwijs. Enkel bij het hoger onderwijs (de bachelor-, master- en graduaatsopleidingen voor +25-jarigen) is de trend stijgend. De inschrijvingen in het deeltijds kunstonderwijs zijn de laatste 4 schooljaren stabiel. Bij de andere opleidingsverstrekkers daalt het aantal inschrijvingen. De definitie van een inschrijving en de in aanmerking genomen leeftijdscategorieën kunnen verschillen tussen de verschillende opleidingsverstrekkers, waardoor de inschrijvingscijfers onderling niet vergelijkbaar zijn.