Roofdiernieuws 3 - Wolvenspecial

Eerste geslaagde voortplanting van wolf in Vlaanderen sinds 1779

Winter 2019-2020: vorming van een nieuw paar

In de vorige editie van roofdiernieuws stond de aankomst van een wolvin afkomstig uit een roedel nabij Dresden centraal: GW1479f ofwel Noëlla.

  • Na een zwerftocht door Duitsland en Nederland kwam ze rond Kerstmis aan in het Antwerpse Zoersel en zette ze snel koers naar Limburg.
  • Op 27 december 2019 hadden onze camera’s haar al onderschept in het territorium van GW979m (August), waar ze een tiental dagen alleen verbleef in een kleine zone rond één van de markeerpunten van August.
  • Op 6 januari 2020 werden de sporen van beide wolven samen gevonden.
  • Tussen 10 en 12 januari werden ze herhaaldelijk samen gefotografeerd op het markeerpunt. Het was meteen duidelijk dat Noëlla en August een nieuw paar vormden en - als alles goed liep - voor nageslacht zouden zorgen.

Lente: discreet gedrag, geboorte en eerste levensweken

De lente die daarop volgde werden de bewegingen van beide wolven nauwgezet opgevolgd aan de hand van sporen- en camera-onderzoek. Voor de monitoring werden we vanuit het INBO ondersteund door drie boswachters die elke dag opnieuw in hun boswachterij wolvensporen nauwgezet registreerden. Natuurinspectie volgde alles mee van op de eerste rij, om te vermijden dat er opnieuw een wolvin zou verdwijnen die op het punt staat om te werpen of net geworpen heeft.

Tijdens de periode van het werpen en het verzorgen van de kleine pups zijn Europese wolven uiterst gevoelig voor verstoring. Op dit punt zijn er aanzienlijke verschillen met het gedrag van Amerikaanse wolven. Er worden meerdere holen en nestplekken aangelegd waartussen regelmatig gewisseld wordt. Bij de minste verstoring verhuizen wolven hun jongen naar een andere locatie, kilometers verderop. Dat is ook de reden waarom het niet mogelijk is om de pasgeboren pups te zoeken en er een camera bij te zetten, zonder ze te verstoren en een verhuis te veroorzaken.

In Vlaanderen zijn er maar weinig plekken waar het rustig genoeg is om een nest wolven groot te brengen. Het ligt dan ook voor de hand dat de eerste keuze van de wolven wellicht de beste was, waardoor we absoluut wilden vermijden dat er door ons toedoen verhuisd zou worden naar een andere, wellicht minder geschikte locatie. De belangrijkste regel die we onszelf oplegden bij het monitoren van de voortplanting was dan ook dat er nooit van de wegen afgeweken mocht worden. De methode om de nestplek te traceren bestond er in om de verplaatsingen van de wolven op te volgen aan de hand van loopsporen op onverharde terreinwegen. Zo konden we de geboorteplek traceren tot op perceelsniveau, zonder zelf de wolven te verstoren. Alle andere geplande activiteiten in de omgeving van het nestgebied werden tijdelijk opgeschort. Zowel de boswachters als de Natuurinspectie hielden meerdere gerichte controles in het volledige wolventerritorium.

Op 27 april om 21:19 konden we voor het laatst een hoogdrachtige Noëlla fotograferen met een cameraval. Daags nadien werd ze opnieuw op dezelfde plek gefotografeerd om 21:24. Deze keer was haar dikke buik verdwenen waardoor we meteen de geboortedatum van de pups tot op 24 uur nauwkeurig wisten. Een opmerkelijke vaststelling was dat we August in de nacht van 27 op 28 april een 15-tal km verder registreerden, ongetwijfeld op markeer-uitstap. Ook op 10 mei en 25 mei, bij aanwezigheid van kleine jongen, maakte hij een verre uitstap om te markeren. De rest van de tijd was August die eerste weken na de geboorte druk in de weer met het jagen in een veel kleiner gebied en het aanbrengen van voedsel – getransporteerd in de maag. De pootafdrukken van Noëlla werden de eerste weken na de geboorte enkel in de omgeving van het nestperceel aangetroffen.

Noëlla hoogdrachtig, 27 april    Loopspoor Noella
Links: Hoogdrachtige Noëlla op 27 april. Rechts: Waggelend loopspoor met korte pasjes net voor het werpen (foto's INBO/Natuur en Bos)

Noëlla 28 april
Foto’s: Noëlla niet meer drachtig, 28 april (boven) en 5 mei (onder) (foto INBO/Natuur en Bos)

Noëlla 5 mei

Op een leeftijd van vier weken werden de jongen voor de eerste keer verplaatst naar een ander perceel, over een afstand van 2 à 3 km. Dit zou de verblijfplaats van de jongen gedurende de maanden juni en juli worden. In de tweede week van juni vonden we de eerste pootafdrukken van de jongen op de zandwegen, maar het duurde nog tot 20 juni voor de jongen voor een camera op een zandweg kwamen spelen. Op een leeftijd van ongeveer twee maanden kunnen wolvenpups inderdaad al aardig wat afstand afleggen op eigen houtje, een kilometer is geen enkel probleem. De jongen werden in juni ook al wat langer alleen gelaten. Op 7 juni ging Noëlla voor het eerst na de geboorte opnieuw mee met August op markeeruitstap, beide wolven werden om 02:22 op 17 km afstand van de verblijfplaats van de jongen gefotografeerd. Om 14:22 was Noëlla alweer terug bij haar jongen, terwijl August de dag elders doorbracht en pas in de nacht van 7 op 8 juni terugkeerde naar de jongen.

Pootafdrukken welpen en ouders

Pootafdrukken van de pups tussen die van de ouders, 13 juni 2020 (foto INBO/Natuur en Bos)

Spelende pups 1

Allereerste beelden van de pups, 20 juni 2020 (boven en onder) (foto INBO/Natuur en Bos)

Pups 2

Pup solo op verkenning

Pup op verkenning, 26 juni 2020 (foto INBO/Natuur en Bos)

Zomer en nazomer: een nest opgroeiende wolven gaat niet onopgemerkt voorbij …

  • In de maand juli werden voor het eerst na 21 maart opnieuw aanvallen op onbeschermd vee gemeld. Dat er in de maanden april-juni zo goed als uitsluitend op wild werd gejaagd (op een enkele niet gemelde aanval na) bleek ook duidelijk uit de dieetanalyse op basis van ingezamelde uitwerpselen uit deze periode.
  • In augustus nam de actieradius van de jongen fors toe en spreidden ze zich tijdens verkenningstochtjes uit over vele honderden hectares. Regelmatig konden we één of enkele nieuwsgierige jongen waarnemen. Vanaf eind augustus en in september spendeerden de jongen veel tijd in een nieuwe vaste ‘homesite’ waar gewacht werd op de terugkeer van de ouders na de jacht.
  • In september zagen we een sterke toename van het aantal aanvallen op onbeschermd vee. Waar we lang op voorhand voor hadden gewaarschuwd, gebeurde ook effectief: met een nest opgroeiende wolven die nog niet zelf kunnen jagen werd – logischerwijs en geheel voorspelbaar – de voorraadkast met onbeschermd vee aangesproken. Een probleem dat vermeden had kunnen worden mits veehouders tijdig de gepaste maatregelen hadden genomen. Dat schapen houden mogelijk is binnen wolvengebied werd overigens mooi en overtuigend aangetoond binnen de terreinen van de overheden, waar een nest wolven kon opgroeien terwijl permanent honderden schapen aanwezig waren en instonden voor het beheer van de heide. Gedurende het gehele begrazingseizoen is niet één slachtoffer gevallen! Helaas moesten we ook vaststellen dat mensen geprobeerd hebben om rasters te saboteren.

Herfst: de eerste uitstapjes van de jongen, de eerste verkeerslachtoffers …

Oktober is de maand waarop jonge wolven voor het eerst mee op stap gaan met hun ouders doorheen het territorium. In Vlaanderen betekent dit: de eerste keer drukke wegen dwarsen. De eerste grote verplaatsing werd meteen fataal voor één van de jongen. Op 9 oktober werd een vrouwelijke welp van 20 kg opgeraapt langs de N74 in Hechtel-Eksel en op 19 oktober een tweede vrouwelijke welp van 27 kg langs de N76 in Oudsbergen. Dat het om welpen ging was meteen duidelijk op basis van het algemeen uiterlijk en de tandformule: alle melktanden waren gewisseld maar het volwassen gebit was nog lang niet volgroeid. Het is dan ook geen verrassing dat het genetisch onderzoek intussen kon bevestigen dat de twee aangereden wolven effectief jongen waren van August en Noëlla. De autopsie nam ook alle twijfel weg met betrekking tot de doodsoorzaak: beide dieren hadden typische meervoudige breuken, inwendige bloedingen en letsels ten gevolge van een aanrijding. Beide dieren waren ook in prima conditie. Terwijl de maag van de eerste dode welp – toevallig – leeg was, had de tweede welp een goed gevulde maag. De inhoud, 3100 g, bestond voor ongeveer 70% uit volwassen haas, 25% schaap en 5% fazant. Verder vonden we nog wat kleinigheden, zoals de restant van een druiventros en van een noot of eikel, wat gras, en een stickertje van op een vrucht.

welp 9 oktober

Autopsie slachtoffer 9 oktober. In de Europese database werd dit GW1922f. (foto INBO)

welp 19 oktober

Autopsie slachtoffer 19 oktober (inzet: niet-volgroeide tanden). In de Europese database werd dit GW1923f. (foto INBO)

De maand oktober had nog meer verrassingen in petto. Zo hebben we na analyse van alle cameravalbeelden twee verre verplaatsingen van de roedel kunnen registreren waarbij één jonge wolf gewoon ‘thuis’ bleef. Dit zijn voorbeelden die aantonen hoe moeilijk het is om wolven te tellen. Waarmee we bij de vraag over het aantal welpen zijn aanbeland …

Vier welpen? Vijf welpen!

Op de eerste beelden van spelende pups in juni hadden we er tot vier samen in beeld. Bij het openbaar maken van deze opnames was onze boodschap dat er dus minstens vier jongen waren. Toch werden ze vanaf toen in de media bekend als ‘de Daltons’. We hadden ook geen bewijs dat er meer dan vier welpen waren. Integendeel, in juni waren de jonge welpen nog kwetsbaar en met overal everzwijnen en ook oehoe’s vlakbij was de kans reëel dat er wel een of enkele jongen zouden verdwijnen.

Gedurende de drie daaropvolgende maanden leverden meer dan 1000 cameravalbeelden van de wolven nooit het bewijs dat er nog meer dan drie jongen in leven waren. Individuele identificatie van welpen op basis van vachtkenmerken op foto en video is vaak onmogelijk, omdat de jeugdvacht continu evolueert. Een welp kan er op enkele weken tijd daardoor heel anders uitzien.

Toen we in september de mooie beelden van drie spelende welpen deelden ontstond een storm van verontwaardiging: waar is de vierde welp? In oktober controleerden we opnieuw een reeks cameravallen, met als resultaat: vier welpen op 3 oktober! Op het moment van deze controle was er al een eerste jong gesneuveld in het verkeer, op 9 oktober. Later in het najaar, toen ook de tweede welp al dood was, werden alle camera’s uitgelezen en alle beelden van de herfst grondig geanalyseerd.

Tot onze verbazing hadden we op 3 oktober (d.i. dus vóór de verkeersongevallen) een filmopname van 25 seconden waarbij niet minder dan zeven wolven één voor één voorbij de camera liepen: August en Noëlla met vijf welpen…


August, Noëlla en vijf welpen, 3 oktober 2020 (video INBO/Natuur en Bos)

 
Drie jongen op 20 oktober (video INBO/Natuur en Bos)

Intussen weten we dat de wolf die op 3 december werd aangereden nog in leven is. Op 7 december loopt een hinkende wolf voor de camera. Wolven herstellen vaak verrassend goed van dergelijke verwondingen. Doordat ze in roedelverband leven kunnen ze ook op andere roedelleden rekenen om prooi te bemachtigen. Ook de andere wolven werden de voorbije weken al - gezond en wel - op beeld vastgelegd. De tot nog toe verzamelde beelden laten echter niet toe om met zekerheid te zeggen welk van de drie overgebleven jongen hinkt, maar August en Noëlla blijken alvast ongedeerd. In januari kunnen we daar mogelijk antwoord op geven: dan wordt een DNA analyse uitgevoerd op de haren die verzameld werden op de bumper van de auto die de wolf had aangereden.


Hinkende wolf op 7 december (video INBO/Natuur en Bos)

Het voorjaar staat intussen voor de deur, met een nieuw voortplantingsseizoen. Dit betekent ook dat één van de jonge wolven de komende maanden de dispersie kan aanvangen en dus plots kan verdwijnen uit het ouderlijk territorium. Wolf GW913m ofwel Roger liep in 2018 in zijn eerste voorjaar, d.i. op een leeftijd van ongeveer 10 maanden, al van het Noord-Duitse Barnstorf naar Limburg – waar hij op 11 maart in het verkeer sneuvelde.

Opgelet

  • {{validation.errorMessage}}