INBO Natuurrapporten
Lees het volledige Natuurrapport of de samenvatting.
Ondersteunende wetenschappelijke rapporten:
Water - Klimaatverandering - Natuurnetwerk - Leefbare steden - Evaluatiekader
Video's en Podcasts
Natuurrapport 2023
In het Natuurrapport 2023 onderzoekt het INBO samen met beleidsmakers en experten hoe het Vlaamse beleid tegen 2030 de doelen uit de Europese Green Deal en de bijbehorende Biodiversiteitsstrategie kan halen. Welke barrières staan de beleidsuitvoering in de weg? En via welke oplossingspaden kunnen we die barrières overwinnen? We gaan in op vier grote uitdagingen waar Vlaanderen voor staat en besteden aandacht aan overkoepelende oplossingspaden.
:: Schade door droogte en overstromingen beperken ::
Vlaanderen kreeg de voorbije jaren te kampen met droogte en overstromingen. Onze hoge bevolkingsdichtheid, de verstedelijking en de sterk gewijzigde waterhuishouding maken Vlaanderen kwetsbaar voor waterschaarste en -overlast. Toenemende weersextremen als gevolg van de klimaatverandering versterken de problemen. De impact daarvan laat zich niet alleen voelen op economisch en maatschappelijk vlak, maar zet ook de biodiversiteit verder onder druk. Ecosystemen vormen echter ook een belangrijk deel van de oplossing: ze houden regenwater vast, helpen de grondwatervoorraad aan te vullen en op peil te houden en vangen overstromingswater op langs rivieren. De uitdaging voor het Vlaamse beleid bestaat erin meer ruimte te creëren voor natuurlijke processen. Dit zou toelaten het waterbufferend vermogen van valleien te vergroten en infiltratie- en retentiegebieden te herstellen. Daardoor worden niet alleen piekafvoeren vermeden, maar worden ook de grondwaterreserves beter aangevuld.
:: De klimaatverandering tegengaan ::
De klimaatverandering heeft verstrekkende gevolgen voor de mens en de biodiversiteit. De hoofdoorzaak ligt in de toegenomen uitstoot van broeikasgassen door menselijke activiteiten, zoals de verbranding van fossiele grondstoffen. Ook de manier waarop mensen ecosystemen beschermen en beheren heeft een belangrijk effect op de klimaatverandering. Ecosystemen leggen broeikasgassen uit de lucht vast als koolstof en bepalen ook via andere natuurlijke processen de warmtebalans van onze atmosfeer. De biomassa die ze produceren, kan een plaats krijgen in onze economie en daar grondstoffen met een sterk negatieve impact op het klimaat vervangen. Het Vlaamse beleid staat voor de uitdaging om de groeiende vraag naar biomassa uit onze ecosystemen te verzoenen met de klimaat- en biodiversiteitsdoelen van de Green Deal. Hoe kan het beleid ervoor zorgen dat ecosystemen hernieuwbare grondstoffen leveren voor de economie, voldoende broeikasgassen vastleggen en de biodiversiteit in stand houden?
:: Een samenhangend natuurnetwerk creëren ::
De biodiversiteit in Vlaanderen blijft achteruitgaan. Onze natuurgebieden zijn klein, ruimtelijk geïsoleerd en liggen ingebed in een intensief gebruikt landschap. Dat maakt deze gebieden extra kwetsbaar voor milieudrukken van buitenaf. Bovendien zorgt versnippering voor een verlies aan soortenrijkdom, voor een vermindering van de genetische diversiteit en voor een verlies aan ecosysteemprocessen. De klimaatverandering versterkt die effecten. Grotere, meer aaneengesloten natuurgebieden bieden meer kansen voor organismen en processen en helpen de natuur om zich aan te passen aan de klimaatverandering. Bovendien levert een gezond en goed functionerend natuurnetwerk heel wat voordelen op voor de mens. Om de milieukwaliteit in de natuurkernen van het netwerk te verbeteren en om de kernen met elkaar te verbinden, zijn ook maatregelen buiten de natuurgebieden nodig. Een robuust, veerkrachtig en samenhangend natuurnetwerk is een van de speerpunten van de Biodiversiteitsstrategie 2030 en de daarin aangekondigde juridisch bindende EU-doelstellingen voor natuurherstel. De sterke versnippering van de open ruimte en de moeizame voortgang van bestaande beleidsprocessen om een natuurnetwerk te realiseren (VEN/IVON/AGNAS) zetten deze uitdaging voor Vlaanderen op scherp.
:: Leefbare steden met natuurgebaseerde oplossingen ::
Vier op de tien Vlamingen woont in verstedelijkt gebied en dit aandeel neemt nog toe. De leefbaarheid in steden staat onder druk door ruimtelijke verdichting en concentratie van harde infrastructuur en functies ten nadele van open ruimte en groen. De klimaatverandering vergroot die uitdaging door toenemende hittestress, luchtverontreiniging, droogtestress en wateroverlast. De uitdijende verstedelijking zet ook de biodiversiteit in de resterende open ruimte onder druk. Stedelijke vergroening en groenblauwe dooradering kunnen zorgen voor een uitbreiding van natuur binnen de stad en voor een betere verbinding ervan met de ruimere omgeving. Dit vergroot niet alleen de draagkracht voor diverse soorten, maar kan ook de omgevingskwaliteit ondersteunen en ecologische processen versterken die nuttig zijn voor de mens, zoals verkoeling of regenwaterinfiltratie. Meer ruimte voor groen en water in de stad biedt ook kansen om de band van inwoners met de natuur te versterken. De uitdaging voor het beleid bestaat erin om een evenwicht te vinden tussen verdichting in bebouwde gebieden om de druk op de open ruimte te verminderen, en een weldoordachte inzet van natuurgebaseerde oplossingen om de leefbaarheid in steden te verbeteren.
Oplossingspaden voor een transformatief biodiversiteitsbeleid
De vier uitdagingen die het Natuurrapport 2023 naar voor schuift zijn sterk met elkaar verweven. Ze integreren belangrijke kwesties uit de Green Deal en de bijbehorende Biodiversiteitsstrategie. Daarbij stoten de uitdagingen deels op dezelfde barrières en kunnen ze (deels) dezelfde ingrepen inzetten om oplossingen te vinden. Die gemeenschappelijke barrières en oplossingen brengen we samen in zeven geïntegreerde oplossingspaden voor een transformatief biodiversiteitsbeleid.
1. Geef een plaats aan verschillende visies op natuur
Om de natuurdoelen te realiseren en de levering van ecosysteemdiensten te blijven garanderen, is het nodig om ook buiten natuurgebieden aan natuurherstel te werken, samen met actoren die op uiteenlopende manieren betekenis geven aan natuur. Een biodiversiteitsbeleid dat ‘de natuur terug in ons leven wil brengen’ moet daarom plaats bieden aan verschillende visies op natuur en erkennen dat de mens deel uitmaakt van de natuur. Om natuurherstel effectief te maken, is het belangrijk dat de lokale keuzes passen in een ruimere visie op systeemherstel en dat weerbare en veerkrachtige sociaalecologische systemen steeds het uitgangspunt zijn.
2. Laat ruimte voor een natuurlijke dynamiek
Het herstel van natuurlijke processen is essentieel voor de biodiversiteit en om maatschappelijke uitdagingen aan te pakken. Door ruimte te laten om de natuurdoelen bij te stellen in functie van nieuwe inzichten, de doelen meer te richten op ecologische processen en natuurherstel op landschapsschaal te bekijken, kan het beleid inspelen op de natuurlijke dynamiek. Voor een dergelijke aanpak moeten natuurlijke processen, zoals de ecohydrologie, sturend worden bij ruimtelijke processen en de vergunningverlening.
3. Verbreed de kennis en maak werk van een lerende overheid
Voor een biodiversiteitsbeleid in een snel veranderende samenleving is het essentieel om natuurwetenschappelijke inzichten te combineren met andere wetenschapsdomeinen, praktijkervaring en lekenkennis. Verschillende bestuursniveaus moeten toegang hebben tot lerende netwerken, waar naast kennisinstellingen ook het middenveld, burgerfora en bedrijven deel van uitmaken. De combinatie van monitoring van sociaalecologische trends en ervaringskennis uit lokale experimenten kan helpen om beloftevolle innovaties sneller op te schalen en niet-duurzame standaardpraktijken uit te dagen.
4. Intervenieer in het grondbeleid
Natuur en natuurlijke processen herstellen vraagt ruimte. Om aan die ruimtevraag tegemoet te komen, kan de overheid in de eerste plaats haar eigen gronden inzetten of nieuwe gronden verwerven. Natuurherstel hoeft de aanwezige menselijke activiteiten niet uit te sluiten. In veel gevallen zal de overheid wel initiatieven moeten nemen om het algemeen belang zwaarder te laten doorwegen dan het eigendomsrecht. Op die manier kan de levering van ecosysteemdiensten met een breed maatschappelijk belang, zoals overstromingsbescherming, geactiveerd worden op private percelen. Dat kan onder andere via gebruiks- of ontwikkelingsbeperkingen of de consequente inzet van een natuurtoets bij de vergunningverlening. Ook de verdere aantasting van de open ruimte door lokaal maatwerk en uitzonderingsregels in het ruimtelijk beleid moet maximaal vermeden worden.
5. Zorg voor échte beleidsintegratie
Het biodiversiteitsbeleid botst op sectorale beleidsgrenzen. Het omzetten van transversale beleidsprincipes en visieteksten in de praktijk vraagt om betere verbindingen tussen de bestaande gespecialiseerde beleidskokers. Die verbindingen versterken is niet enkel een administratieve, maar ook en vooral een politieke en een maatschappelijke opgave.
6. Maak van natuur een logische keuze
Kiezen voor natuur en natuurlijke processen staat op gespannen voet met heel wat gangbare praktijken en gewoontes. Op korte termijn is het vaak ook financieel nadelig. Om van natuur een logische keuze te maken, hebben we een instrumentenmix nodig om in te spelen op de diverse motieven van eigenaars en gebruikers. Mogelijke instrumenten zijn bijvoorbeeld: eigenaars en gebruikers ontzorgen, natuur of natuurgebaseerde oplossingen als standaardkeuze instellen, herstelmaatregelen beter afstemmen op de bedrijfsvoering van landbouwers en eigenaars en gemeenten belonen voor de instandhouding van ecosysteemdiensten..
7. Creëer capaciteit voor een transformatief beleid
De afslanking van de overheid erodeert de capaciteit die nodig is voor een betere beleidsintegratie, -facilitatie en -cocreatie. Het realiseren van transformatieve veranderingen belast de resterende capaciteit verder doordat er bijkomende taken en verantwoordelijkheden bijkomen. Een deel kan opgevangen worden door efficiëntiewinsten te boeken, zodat de werklast per taak vermindert. Maar het lijkt ook nodig om de capaciteit uit te breiden.